Burgerhuis in eclectische stijl gebouwd in opdracht van juffrouw Jeanne Janssens en Léon Geurts, naar een ontwerp door de aannemer Emile Suetens uit 1909.
Met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën, telt de rijwoning vier bouwlagen onder een plat dak. De lijstgevel onderscheidt zich door een rijk geornamenteerd parement uit witte natuursteen, waarvan het decor is ontleend aan de Lodewijk XVI-stijl. Asymmetrisch opzet, legt de compositie de klemtoon op het brede zijrisaliet, gemarkeerd door geblokte en hogerop kolossale pilasters, een driezijdige erker, en op de hoofdverdiepingen een Serliaans drielicht met Ionische zuiltjes en een smeedijzeren balkon. Zuiltjes en pilasters met composite kapiteel, een borstwering van entrelacs en entablementen versieren de eerste verdieping, driehoekige frontons en guirlandes de tweede; de gevel wordt beëindigd door een zwaar hoofdgestel met stafwerkfries, en een gekorniste kroonlijst op consoles. Oorspronkelijk geopend door een korfboogdrielicht en -portaal, is de lage begane grond verbouwd tot winkelpui; het houten schrijnwerk van de bovenvensters bleef behouden.
De plattegrond beantwoordt aan de typologie van de bel-etagewoning, over de volledige breedte opgedeeld door de centraal ingeplante traphal met bovenlicht. Volgens de bouwplannen bood de begane grond ruimte aan de spreekkamer, de vestiaire en de keuken. Zoals gebruikelijk namen salon en eetkamer de bel-etage in, de privé- en slaapvertrekken de hogere verdiepingen.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1909#1528.