Geheel van twee huizen - mogelijk oorspronkelijk diephuizen - met minstens tot de 18de eeuw opklimmende kernen die vermoedelijk later samengevoegd en aangepast werden, en volgens archiefgegevens in 1849 opnieuw opgesplitst werden. In zijn huidige vorm is het een geheel van vier traveeën en twee bouwlagen onder gecombineerde schild- en zadeldaken, met een ontpleisterde en verankerde lijstgevel die gekenmerkt wordt door vensters in negblokomlijstingen, steigergaten, houten kroonlijsten en een zijpuntgevel met schouderstukken, muurvlechtingen, ankers en een topstuk.

Nummer 16 met een gecementeerde pui die dateert van 1957 en recentere dakkapel.

Nummer 18. Volgens archiefgegevens werd de deur in 1939 "vernieuwd" (voorzien van een nieuwe omlijsting?) en werd het aanpalende venster in 1973 terug naar z'n oorspronkelijke grootte gebracht.