Vier rijhuizen die in 1900 door G. Mommaels als één geheel ontworpen werden en opgevat zijn als enkelhuizen van twee traveeën, een souterrain en twee bouwlagen onder een doorlopend pannen zadeldak. De gaaf bewaarde lijstgevels in neoclassicistische stijl worden gekenmerkt door een gevelcementering die ter hoogte van het souterrain uitgewerkt is als een hoge plint in bossagewerk, in de tweede bouwlaag voorzien is van pseudo-banden en in de derde bouwlaag van schijnvoegen. Voorts typerend zijn de rechthoekige balkons met smeedijzeren balustrade en de steekboogvensters in de bovenste bouwlaag met geriemde omlijsting, oren, chutes, een decoratieve sluitsteen en festoenen. De gevels zijn horizontaal geleed door de hardstenen bossage-plint, de puilijst, cordons en doorgetrokken lekdrempels, en de houten tand- en kroonlijsten.
Grotendeels bewaard schrijnwerk.
Stadsarchief Leuven, Modern Archief, dossier 62110 (bouwvergunning 29.01.1900).
Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)