L-vormig complex met binnenplaats en grote tuin. In kern deel van groter geheel, volgens historisch kaartmateriaal minstens opklimmend tot de tweede helft van de 18de eeuw. Volgens kadaster en Provinciaal archief, achterbouw in 1857 ingericht als zoutbedrijf door eigenaar H. Bernaeyge; in de tweede helft van de 19de eeuw diverse malen verbouwd en opgesplitst in twee woningen.

Achteruitspringend onderkelderd dubbelhuis van vijf traveeën en tweeënhalve bouwlaag onder zadeldak (kunstleien, nok parallel aan de straat). Lijstgevel met houten kroonlijst en modillons op natuurstenen plint. In het eerste kwart van de 20ste eeuw bekleed met faiencetegels verwerkt in geometrische motieven, banden en hoekblokken in groene steen én tableaus met art-nouveau-inslag. Verwerking van hardsteen voor de lekdrempels en de vlakke, rechthoekige deuromlijsting op neuten. Vernieuwde paneeldeur met waaier uit de tweede helft van de 18de eeuw en puttohoofdje met voluten in bovenlicht; mooie beltrekker. Houtwerk van licht getoogde vensters vernieuwd. Bepleisterde en geschilderde achtergevel met aanbouw op de begane grond.

Interieur

Straatvleugel met dubbelhuisindeling met gestucte zolderingen met kooflijsten, brede paneeldeuren en ingelaten sloten, marmeren schouwmantels onder andere in neorococostijl wellicht uit de tweede helft van de 19de eeuw, in salons aan weerszij van centrale gang; ten einde links kwartslagtrap in eclectische stijl. Meerdelige huiskelder met tongewelven, interessante boterbewaarplaats en afwateringssysteem.

Ten oosten, onderkelderd bijgebouw van tweeënhalve bouwlaag omgebouwd tot woongedeelte, in de tweede helft van de 20ste eeuw verfraaid met erker; naar verluidt beeld van Heilige Margaretha in gevelnis; vroegere stal met rest van samengestelde balklaag, moerbalk en overhoekse kinderbalken.