Geheel van twee neoclassicistische burgerhuizen, volgens de bouwaanvraag uit 1862 voor eigen rekening opgetrokken door de aannemer-architect Jacobus Franciscus Van Loo. Voor de rechts aanpalende percelen had hij eerder dat jaar al een gelijkaardige bouwaanvraag ingediend, eveneens twee gespiegelde panden met middenbalkons, waarvan het linker (nummer 43) is gesloopt en het rechter (nummer 45) verbouwd. De erker met balkon van nummer 41 werd door de aannemer Constant Simons aangebracht in 1905.

Van Jacobus Franciscus Van Loo zijn in Antwerpen bouw- en vastgoedprojecten geïdentificeerd uit de jaren 1857 tot 1889. In de Ommeganckstraat bracht hij tussen 1860 en 1864 zeven nieuwbouwprojecten tot stand, goed voor in totaal twaalf neoclassicistische burgerhuizen waaronder nummer 22, een aantal per twee of drie gekoppeld.

Volgens spiegelbeeldschema gekoppelde rijwoningen met enkelhuisopstand, elk drie traveeën breed en drie bouwlagen hoog onder een zadeldak (nok parallel aan de straat, pannen). De bepleisterde en beschilderde lijstgevels rusten op een geprofileerde plint uit blauwe hardsteen. Uniform behandeld, beantwoorden de gevelopstanden aan een regelmatig ordonnantieschema. Verkleinende registers van rechthoekige muuropeningen, op de begane grond met geprofileerde dagkanten. De bovenvensters, achtereenvolgens op doorgetrokken en individuele lekdrempels met onderliggend profiel, zijn gevat in geriemde omlijstingen met oren en voorzien van gietijzeren parapetten. Een klassiek hoofdgestel met een houten kroonlijst en tandlijst vormt de gevelbeëindiging. Van nummer 39 zijn de benedenvensters verlaagd. Nummer 41 is in 1905 op de eerste verdieping verrijkt met een centrale, rechthoekige houten erker op consoles, bekroond door een ijzeren balkonborstwering. De houten inkomdeur met siersmeedwerk van nummer 41 is bewaard, evenals beide gietijzeren voetschrapers.

De gespiegelde plattegronden beantwoorden aan de klassieke typologie van het burgerhuis dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal.