Voormalige hoeve op de wijk Hutte (tot en met 1962 behorend bij Henegouwen); voorheen zogenaamd Hof ter Linden en recenter "Cosijns doeninge" naar de vroegere eigenaar tot circa 1952 (volgens mondelinge overlevering). Achterin gelegen bij de gemeentegrens met Maarkedal (Schorisse) en bereikbaar via een zuidwestelijke zijweg, deels afgeboord door hagen. Huidige hoevegebouwen met U-vormige aanleg uit begin en eind 19de eeuw, teruggaand op een oudere gesloten hoeve.
Bakstenen hekpijlers aan de erftoegang tegenover de poort met doorrit in het lange bedrijfsgebouw met stallen (zuidwestelijke erfzijde); rechthoekige binnenplaats geopend naar het zuidoosten en met brede gekasseide strook voor de stallen.
Ten noordwesten, boerenhuis van zes traveeën met verhoogde begane grond, onder zadeldak (pannen), tussen aandaken met vlechtingen. Jaartal 1811 binnenshuis wellicht verwijzend naar de herbouw boven rest van ouder huis (waarvan naar verluidt teruggevonden sporen zoals onder de haard). Verankerde gewitte bakstenen erfgevel op gepikte gecementeerde plint met schijnvoegen, achter een vrijwel gevelbreed bordes. Links twee in rechthoekig hardsteen gevatte afgeronde keldergaten. Getoogde muuropeningen met recent vernieuwd houtwerk, vensters met luikduimen. Geknikte dakoverstek op houten dakzool et dito consoles.
Interieur merendeels gewijzigd met uitzondering van linker kamer: behouden samengestelde balklaag en haard waarvan haardbalk met fraai bewerkte lijst, midden voorzien van ingekerfde opschriften: jaartal 1811 met kruismotief boven letters L C S en C T E N.
Lager gelegen links aanleunend vroeger melkhuis, sterk vernieuwd; bewaart in achterwand de ovenmond met ijzeren deur van vroegere bakoven.
Ten noordoosten, bakstenen dwarsschuur waarin aardappelkelder, onder wolfsdak (leien), in baksteen boven links aanleunend poortje opschrift "1895-10.000" verwijzend naar bouwjaar en aantal gebruikte stenen (naar verluidt). Gietijzeren ankers met bout. Twee steekboogpoorten in de erfgevel, achtergevel met dakkapel.
Ten zuidwesten, bakstenen vleugel onder zadeldak (pannen) met paardenstallen en koeienstallen op mestkelders. Centrale rechthoekige poort met doorrit, op zuidwestelijke gevel met jaartal 1810 op de latei. Herstelde linker zijpuntgevel met vlechtingen en verluchtingsspleten. Gewitte erfgevel op gepikte plint met één houten anker; getoogde staldeuren met twee hardstenen hoekstenen. Gewitte samengestelde balklaag met gewitte gewelven tussen overhoekse kinderbalken in de gekasseide paardenstallen; houten paardenboxen; lampnis in dwarswand. In eind 19de eeuw aangepaste koeienstallen voorzien van ankers met bout en troggewelven tussen ijzeren liggers.