Rijhuizen uit de tweede helft van de 19de eeuw (na 1855-1856), met drie in hoogte verkleinende bouwlagen en twee traveeën onder zadeldak. Klassieke opstanden met rechthoekige muuropeningen en cordongeleding.

Nummer 1 is bepleisterd en beschilderd, en boven de sinds 1901 aangepaste begane grond voorzien van een rijk decor met imitatiebanden, friezen met schijfmotieven en spiegels, geprofileerde ooromlijstingen met versierde sluitstenen, bewerkte panelen onder de bovenste lekdrempels en gegroefde voluutconsoles onder de vernieuwde kroonlijst.

Nummer 5 werd in 1910 door architect C. Goemans gemoderniseerd door onder meer het aanbrengen van een kleurrijk parement met faiencetegels, een hardstenen plint, een panelenfries met uitgelengde consoles en de toevoeging van een decoratieve houten erker die recent echter werd vervangen. De deur met nog behouden schrijnwerk en de vensters zijn gevat in decoratieve entablementomlijstingen.

Nummer 37, met bepleisterde en beschilderde lijstgevel, onderscheidt zich door zijn strak voorkomen met als enig decor schijnvoegen en geriemde omlijstingen voor de bovenvensters. Vernieuwde kroonlijst.