Dit opvallende, eclectische pand is het resultaat van een grondige verbouwing van bestaande opslagplaatsen in eigendom van meubelfabrikant Ed. De Goeyse in 1914-1915. De bouwaanvraag voor deze verbouwingen, waarbij de huidige voorbouw werd ontworpen, werd opgemaakt door architect Jan Sel en behelsde ook de aanpassing van de nog steeds bestaande achterliggende magazijnen en werkplaatsen. De aanpassing van de panden tot garage, met inbegrip van het naastgelegen pand op nummers 121, gebeurde kort na de Tweede Wereldoorlog en bracht een grondige wijziging aan in de begane grond.

Het voorgebouw is een baksteenbouw van twee brede traveeën en vier bouwlagen onder platte bedaking. Het pand heeft een lijstgevel met rood bakstenen parement met gebruik van witte natuursteen voor decoratieve elementen. De lage begane grond is gevat onder een doorlopende ijzeren I-balk met rozetten, en bevatte eertijds een rechthoekig winkelraam links en een poortdoorgang naar de achterliggende werkplaats. De eerste en tweede bouwlaag bestaan uit twee brede venstertraveeën, gevat in een doorlopende natuurstenen omlijsting met hanenkammen en negblokken. Tussen de twee vensters een natuurstenen rolwerkcartouche met jaartal "1915". Boven de natuurstenen kroonlijst met steigergaten, bevindt zich nog een derde verdieping met vijf smalle rechthoekige vensteropeningen.