Stamhuis der Waghevens, vermaarde klokgieters (1460-1568). Later zogenaamd Prins van Parma. Driekwarthuis, diephuis van twee bouwlagen onder afgewolfd zadeldak (kunstleien).
Houten puntgevel afgelijnd door windborden, volgens H. Sermeus uit het eerste kwart van de 16de eeuw, volgens J. Grootaers uit het tweede kwart van de 16de eeuw, gerestaureerd in 1902. Twee boven elkaar uitkragende geledingen op houten schoorstukken. Verweerd opschrift op puilijst: "Magazijn van Schoenen 't Sloefke". Op bovenverdieping: gekoppelde kruiskozijnen met doorgetrokken houten onder- en tussendorpels. Centrale en rechter- en linkertravee zijn beluikt. Bolkozijnen in de top. Verbouwde begane grond.
Traditionele achtergevel afgewerkt met aandaken en muurvlechtingen en afgesnuite top. Haaks ertegen: lagere bijbouw onder zadeldak (kunstleien) met achtertuitgevel.
GROOTAERS J., Houten gevels van laatmiddeleeuwse huizen te Mechelen, onuitgegeven licentiaatsverhandeling aan K.U.L. (in voorbereiding 1982), Deel II nummer 3.
SERMEUS H., De houten huizen van Mechelen, Mechelen, 1981, 21-25.
Bron: EEMAN M., KENNES H. & MONDELAERS L. 1984: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Mechelen, Binnenstad, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 9n, Brussel - Gent. Auteurs: Eeman, Michèle; Mondelaers, Lydie; Kennes, Hilde Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)