Teksten van Burgerhuis in neotraditionele stijl

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/7522

Burgerhuis in neotraditionele stijl ()

Burgerhuis in neotraditionele stijl, naar een ontwerp door de ingenieur-architect Walter Van Kuyck uit 1908. Opdrachtgever Charles Franck (Antwerpen, 1870-Antwerpen, 1935), echtgenoot van Hélène Possemiers (1879-1964), was een schoonbroer van Van Kuyck. Met zijn jongere broer François Franck (Antwerpen, 1872-Oostende, 1932) vennoot in het meubel- en decoratiebedrijf Franck frères, legde Charles Franck zich toe op de dagelijkse leiding van de firma, die was opgericht door hun vader Alexander Franck (1839-1905). Sinds 1894 gevestigd aan de Korte Gasthuisstraat, groeide Franck frères vóór de Eerste Wereldoorlog en tijdens het interbellum uit tot één van de belangrijkste 'ensembliers' van Antwerpen, met op het hoogtepunt 150 medewerkers. Het bedrijf legde zich toe op luxueuze interieurs en exclusieve meubels in beperkte oplage, bestemd voor de vermogende burgerij. Zoals zijn broers François en de advocaat, liberaal politicus en gouverneur van de Nationale Bank Louis Franck (Antwerpen, 1869-Wijnegem, 1937), was Charles Franck een verzamelaar en promotor van moderne kunst, en mecenas van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten te Antwerpen. Hij behoorde in 1905 tot de medeoprichters van de kunstenaarsvereniging Kunst van Heden.

De woning Charles Franck behoort tot het vroege oeuvre van Walter Van Kuyck, die in 1901 debuteerde met het stilistisch sterk verwante "In Het Huwelijksbootje" aan de Grote Markt. Zijn oeuvre bestaat in deze periode hoofdzakelijk uit burgerhuizen, stadsvilla's en landhuizen in stijl variërend van cottage en gematigde art nouveau, tot de klassiek geïnspireerde beaux-arts van zijn architectenwoning uit 1905 in de Jan Blockxstraat, of het monumentale woon- en handelspand Coetermans uit 1906 op de hoek van Leysstraat en Jezusstraat, zijn belangrijkste realisatie tot dan. Zijn sleutelwerk uit het interbellum is de imposante Koloniale Hogeschool in art-decostijl aan de de Middelheimlaan. In 1921 en 1929-1930, realiseerde Van Kuyck nog een woon- en handelscomplex voor Charles en François Franck op de hoek van de Lombardenvest en de Korte Gasthuisstraat.

Met een gevelbreedte van twee traveeën, omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een gecombineerd mank zadel- (leien) en plat dak. De lijstgevel heeft een parement uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband met smeedijzeren sierankers, gebruik van witte natuursteen voor de pui, speklagen, waterlijsten, kozijnen, negblokken, een archivolt, steigergaten, kraag-, dekstenen en topstukken, op een geprofileerde plint uit blauwe hardsteen. Geleed door de puilijst, beantwoordt de opstand aan een axiaal opzet, bekroond door een getrapt, tweeledig dakvenster met dubbel kruiskozijn, overhoekse fioelen op kraagstenen en bolornamenten als topstukken. De klemtoon ligt op de bovenbouw, die achtereenvolgens wordt gemarkeerd door een driezijdige houten erker met leien afdak en een rondboogdrielicht, gevat in een spitsbogige spaarnis met negblokken en geprofileerde archivolt. Het portaal en een drielicht met gestrekte latei op kraagstenen doorbreekt de gedrukte pui. Een gebroken houten kroonlijst op modillons vormt de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur met siersmeedwerk en de vensters met kleine roden in het bovenlicht is integraal bewaard.

De plattegrond beantwoordt aan de typologie van de bel-etagewoning, die vermoedelijk over de volledige breedte wordt opgedeeld door de centraal ingeplante traphal met bovenlicht. Dienstlokalen als de keuken nemen de lage begane grond in, ontvangstruimten de bel-etage, en privé-vertrekken de hogere verdiepingen.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 1908#360.
  • JOOS E. 2016: Franck. een uitzonderlijke Antwerpse familie, Kontich.

Auteurs:  Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2017: Burgerhuis in neotraditionele stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/195250 (geraadpleegd op ).


Neotraditioneel burgerhuis ()

Neotraditioneel enkelhuis van drie bouwlagen en ongelijke travee-indeling, uit het eerste kwart van de 20ste eeuw. Baksteenbouw met constructief en decoratief gebruik van natuursteen, onder meer voor het parement van de begane grond, omlijstingen en kordons. Op de bovenverdieping met driezijdige houten erker, spitsboognis met rondbogig drielicht en monumentale getrapt dakvenster (6 treden) met overhoekse fioelen en topstuk.


Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs:  Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Burgerhuis in neotraditionele stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/7522 (geraadpleegd op ).