Burgerhuis in neoclassicistische stijl naar een ontwerp door de architect Charles De Roeck uit 1886, opgetrokken in 1887. Opdrachtgever was Guillaume-Joseph Baix (°Luik, 1852), destijds luitenant bij de generale staf, en tijdens de Eerste Wereldoorlog luitenant-generaal van de 1ste Legerdivisie. Volgens het bouwdossier was het pand oorspronkelijk ontworpen met een niet uitgevoerde, extra halve verdieping. Het gebouw is representatief voor het vroege oeuvre van De Roeck, die actief was omstreeks 1880 tot midden jaren 1920, met name in zijn woonplaats Berchem.
Met een gevelbreedte van drie traveeën, omvat de rijwoning een souterrain en twee bouwlagen onder een zadeldak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel met geblokte begane grond, rust op een hoge, geprofileerde plint uit blauwe hardsteen. Nadrukkelijk horizontaal geleed door de puilijst en kordonvormende lekdrempels, legt de compositie de klemtoon op het geblokte middenrisaliet. Dit laatste wordt op de bovenverdieping gemarkeerd door een balkon met consoles en oorspronkelijk een ijzeren borstwering (vernieuwd). Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig compositieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige muuropeningen, de bovenvensters in geriemde omlijsting met sluitsteen en onderdorpel. Een klassiek hoofdgestel met rozetten palmetten in de fries, en een gekorniste houten kroonlijst op klossen, tandlijst en consoles in het risaliet, vormt de gevelbeëindiging. Bewaarde houten inkomdeur, smeedijzeren keldertralies, gietijzeren voetschraper, schamppalen en parapetten.
Vermoedelijk is de plattegrond georganiseerd rond de centraal ingeplante traphal met bovenlicht, die aansluit op de vestibule.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Braeken J. 2017: Burgerhuis in neoclassicistische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/195301 (geraadpleegd op ).
Enkelhuis van drie brede traveeën en twee bouwlagen met zwaar gedecoreerde neoclassicistische lijstgevel, uit het vierde kwart van de 19de eeuw. Risalietvormende middentravee met balkon; opvallende vormgeving voor de ijzeren leuning. Markante gevelafsluiting met palmettenfries op gekorniste houten kroonlijst, klossen en tandlijst, en met bladwerk versierde voluutconsoles ter hoogte van het risaliet.
Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Burgerhuis in neoclassicistische stijl [online], https://id.erfgoed.net/teksten/7537 (geraadpleegd op ).