Gelegen aan de hoek met Huiskens. De enig overblijvende van de vier, grote Postelse hoeven die de abdij tot 1794 in Arendonk bezat; volgens de jaartalankers opgetrokken in 1756 doch teruggaande op een veel oudere, reeds in het cijnsboek van 1368 vermelde hoeve met tiendenschuur, overgedragen aan de abdij in 1373. Beschermd op 13/05/1976.
Hoeve met losse bestanddelen met gekasseide eikendreef aan oostzijde; monumentaal driebeukig woonstalhuis met recente stallingen en schuur aan zuidzijde; het bakhuis en de oude L-vormige tiendenschuur met wagenhuis werden in 1975 gesloopt. Erf met waterput.
Verankerde baksteenbouw met woonhuis van vier en stal van vijf traveeën, beide drie traveeën diep, onder doorlopend, vernieuwd zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse pannen). Woongedeelte met in de huidige voorgevel (erfzijde) aangepaste rechthoekige muuropeningen, echter met deur en links venster onder bewaarde houten latei; oostelijke zijpuntgevel op hoge gecementeerde plint met aandak, vlechtingen, jaartalankers, voorts rechthoekige ingekaste - deels aangepaste - muuropeningen, met name opkamervenster boven betralied keldervenster, schuiframen en houten luiken in de top; huidige achtergevel, eertijds voorgevel (straatzijde) met verkleinde rechthoekige vensters, met name twee opkamervenstertjes boven uitgemetselde plint waarin korfbogig betralied keldervenster, houten deur met bovenlicht en aangepast venster rechts. Interieur: "huis" met grote dubbele haard.
Stalgedeelte met aan erfzijde afhang onder lessenaarsdak (golfplaten); westelijke zijpuntgevel met aandak, vlechtingen en rechthoekige muuropeningen onder betonnen latei, met name gekoppelde stalvenstertjes, gehalveerde poort en laadluik; achtergevel met gelijkaardige stalvensters en verlaagde poort met oude ijzeren hengsels. Interieur: driebeukige indeling met vijf zware kopbalkgebinten.