Classicistische processiekapel of bedevaartkapel, in 1736-1738 opgetrokken op de grondvesten van de vroegere schuurkerk voor de inwoners van Hilvarenbeek, Diessen, Oisterwijk, Boxtel en andere, die in 1643 opgericht en in 1658 aanzienlijk vergroot werd; gelegen vlakbij de Rovertbrug over de Aa, hier de grensscheiding met Nederland, zie gietijzeren grenspaal nummer 209 (1843). Aanleiding was de heiligschennende diefstal in de parochiekerk op 19 oktober 1735, waarbij de gewijde hosties en relikwieën, ontdaan van hun zilverwerk, op deze plaats werden teruggevonden. Vermoedelijk tot 1859 stond hier een dubbele watermolen over de Aa.
Achthoekig gebouwtje onder helmvormige koepel (leien) met smeedijzeren kruis. Heden met bepleisterde, witgeschilderde lijstgevels op gepikte plint (schijnvoegen), voorzien van panelen en een ellipsvormige oculus in de zijgevels. Omlopende houten kroonlijst. Rechthoekige houten deur.
Bepleisterd, witgeschilderd interieur met olieverfschilderij door zuster Augustina de Porta van het Heilig Graf in Turnhout, 1946, dat de legende met betrekking tot het ontstaan van de Rovertkapel afbeeldt. Houten en ijzeren offerblok. Omringende lindebomen.