Voormalig gemeentehuis, heden OCMW, in eclectische stijl met neogotische en neo-Vlaamserenaissance-inslag van 1903-1905 naar ontwerp van J. Taeymans. In 1974 onder leiding van M. Van der Voort verbouwd en gerestaureerd.
Vrijstaand gebouw van drie op drie traveeën en twee bouwlagen onder loodrecht in elkaar gewerkte zadeldaken met één spitse dakkapel (leien), op de noordwestelijke hoek vermeerderd met een driekwartronde traptoren onder octogonale uitkragende bovenbouw, ingesnoerde leien spits en smeedijzeren topversiering. Later aangebouwde, lagere achterbouw onder plat dak.
Samenspel van verankerde trap- en lijstgevels, eerstgenoemde met een tudorboogfries aan de voorgevel, laatstgenoemde met houten kroonlijst op klossen. Baksteenbouw met overvloedig gebruik van zandsteen (Savonnière) voor speklagen, dorpels, waterlijsten, steigergatomlijstingen, hoek- en sluitstenen. Zandstenen kruis- en kloosterkozijnen met vernieuwde benedenramen en originele bovenlichten met ijzeren roeden. Geveltoppen met luiken. Bel-etage met tudorboogdeur onder lessenaarsdakje, voorafgegaan door een vernieuwde, arduinen bordestrap met smeedijzeren leuning. Later ingebrachte deur op de begane grond.
Interieur: aangepaste benedenverdieping, eertijds met gevangenis, brandweer en woning voor de veldwachter, heden burelen. Bel-etage met voormalige raadzaal en secretariaat getypeerd door samengestelde balklagen op witstenen consooltjes, kenmerkende neogotische schoorsteenmantels met conische boezem, witstenen schouwbalk en gemetselde wangen en achterwand; koperen bolluchters. Originele binnendeuren met smeedijzeren sluitwerk. Houten spiltrap.
- Kadaster Antwerpen, Mutatieregisters Poppel, schets 1905/2.
- Provinciaal Archief Antwerpen, Gemeentehuizen, Poppel, dossiers 2, 5.