Burgerhuis in gematigde art-nouveaustijl, volgens de bouwaanvraag uit 1912 opgetrokken naar een ontwerp door de architecten Peirsman & Cie. Van dit architectenbureau is in Antwerpen slechts één ander bouwproject teruggevonden, de meergezinswoning Vreys in de Napelsstraat uit 1908. Uit het bouwdossier valt de opdrachtgever niet af te leiden, en ook de bouwplannen ontbreken. Tot het project behoorde ook het ‘herbouwen’ van de bestaande werkplaats op het perceel. Ed. Van Ocken had hier in 1904 een chocoladefabriek laten bouwen door de aannemer August Gebruers, met een remise en paardenstal aan de straat (gesloopt). Het betreft een langgerekte baksteenbouw van drie bouwlagen onder een zadeldak, die achter het burgerhuis het volledige perceel beslaat.
Met een gevelbreedte van drie traveeën omvat de rijwoning van het bel-etagetype drie bouwlagen onder een pseudo-mansarde. De lijstgevel heeft een parement uit witte Silezische brikken in kruisverband, geaccentueerd door grijze baksteen voor speklagen. Blauwe hardsteen is gebruikt voor de pui, speklagen, waterlijsten, lekdrempels en de structurele onderdelen van de erker. Axiaal-symmetrisch van opzet, legt een rechthoekige erker met voluutconsoles en bewerkte hoekposten de klemtoon op de bovenste verdieping. De gedrukte pui, opengewerkt door twee poorten waartussen een getralied venster, wordt vanaf de plint geritmeerd door gegroefde, pilastervormige penanten met een vloeiend kapiteel onder de puilijst. Horizontaal geleed door een waterlijst, beantwoordt de bovenbouw aan regelmatig ordonnantieschema. De hoge bel-etage en de bovenverdieping zijn opgebouwd uit rechthoekige vensters met een bewerkte latei op lekdrempels met spuwer. Opmerkelijk is het decor van guirlandes, medaillons en mascarons op de borstweringen en boven de lateien, vermoedelijk uit kunststeen en vergelijkbaar met het decor van de meergezinswoning Vreys. De panelen met guirlandemedaillons boven de lateien van de bovenverdieping, identiek aan deze op de borstwering van de bel-etage, zijn verwijderd. Een houten kroonlijst op bewerkte klossen vormt de gevelbeëindiging. Het stalen vensterschrijnwerk van de bovenbouw met een golvende kleine roedeverdeling is bewaard. De poorten en de bekleding van de pseudo-mansarde zijn vernieuwd.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1909#828, 1904#33 en 1904#1759.