Voormalig "Hof te Vrijthout", modo "Vrijthof", in de vijftiende eeuw een leen in het bezit van de heren van Groot-Bijgaarden. Als leenhouders worden onder meer vermeld: Elisabeth van der Biest (1448), Goovaard De Vos (1449), Jan en Peeter Pinnock (1564), Maria van Houthem (1617). Na haar dood komt het goed door verkoop in 1622 in handen van de familie Verreyken, heren van Nieuwermolen; het werd toen omschreven als "huys, hoff, winninge, bosschen, beempden ende landen met die gerechtigheyt van der capelle gelegen onder de prochie van Assche, gemeynlijck geheeten de hoeffve en de goeden van Vrijdthout, groot 16 bunderen". In 1709 verkocht aan Gaspar Platteborse, naderhand traden achtereenvolgens de familie Leyniers en Crick op als eigenaar.
Van het voorheen vrij uitgebreide complex blijven slechts fragmentarische resten die heden gesplitst zijn in meerdere woongelegenheden.
Nummer 9-11. Achterin gelegen, achttiende-eeuws breedhuis van zes traveeën en één bouwlaag onder zadeldak van Vlaamse pannen met de nok loodrecht op de straat. Verankerde en gewitte baksteenbouw op gecementeerde plint; lijstgevel met steigergaten en segmentboogvensters, eertijds voor een deel beluikt, zie bewaarde duimen. Sporen van vlechtingen en schouderstukken in de linkerzijgevel.
Links bakstenen aanbouwsel onder zadeldak met sporen van vroegere vakwerkbouw als stijlen en ankerbalkkoppen, op het kadaster voor het eerst geregistreerd in 1865.
Nummer 13. U-vormig ingeplant ensemble met centraal woongedeelte, heden links en rechts voorzien van een in oorsprong negentiende-eeuws, haaks bijgebouw, beide op het kadaster ingetekend in 1865. Het linkse bijgebouw, de voormalige varkensstal, werd nagenoeg volledig heropgebouwd in het laatste kwart van de twintigste eeuw, heeft momenteel bepleisterde gevels en refereert met zijn uitzicht naar het rechtse bijgebouw, de voormalige koestal, die volgens de eigenaar in dezelfde periode een nieuw parement kreeg; voortgaande op oude foto's werd dit deel blijkbaar ook verkleind; beide gebouwen tellen momenteel drie traveeën en één bouwlaag onder zadeldak en vertonen nieuw ingebrachte rondbogige of segmentbogige muuropeningen.
Ook het centrale woongedeelte, in kern minstens opklimmend tot de achttiende eeuw, werd grondig gerenoveerd. Vooral het volume, de steile dakhelling, de bewaarde, ofschoon vernieuwde aandaken met top en schouderstukken, sporen van zandsteengebruik (hoekkettingen en plint) en de bewaarde posten der muuropeningen verwijzen nog naar de vroegere toestand. Breedhuis van zes traveeën en één bouwlaag onder pannen zadeldak. Aan erfzijde herbepleisterde gevel op heden gedecapeerde, voorheen gepikte, zandstenen plint; rechthoekige vensters met bewaarde zandstenen posten en vernieuwd schrijnwerk; rechthoekige deur in een geprofileerde steekboogomlijsting met imposten en sluitsteen, voorafgegaan door een steektrap en twee neogotische pijlertjes, afkomstig van een familiegraf op het oude kerkhof rondom de Sint-Martinuskerk. De linkerzijgevel werd op een rechthoekige muuropening na volledig bekleed met kunstleien. De rechterzijgevel met vernieuwd parement vertoont heden een gebogen erker op de begane grond en in de top twee rechthoekige venstertjes met bewaarde zandstenen posten.
Schuur ten noordoosten met sporen van vlechtingen, steigergaten en gebruik van mogelijk gerecupereerde zandsteen. Sterk begroeide en verankerde baksteenbouw onder pannen zadeldak met de nok parallel aan de straat; het geheel wordt gemarkeerd door diverse bouwnaden en meermaals aangepaste of gedichte rechthoekige muuropeningen.
Aan straatzijde overluifeld houten kruis, hier geplaatst in 1987, ter gelegenheid van de viering "650 jaar H. Kruis".
Bron: KENNES H. met medewerking van VAN DAMME M. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Gemeente Asse, Deelgemeenten Asse, Bekkerzeel, Kobbegem, Mollem, Relegem en Zellik, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB6, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Kennes H. 2005: Hoeve Hof te Vrijthout [online], https://id.erfgoed.net/teksten/76738 (geraadpleegd op ).
Voorheen vermoedelijk horend bij het "hof te Vrijthout" (klein hof?). Boerenhuis met één bouwlaag en zadeldak (pannen), uit de tweede helft van de 18de eeuw. Witgekalkte baksteenbouw met zandstenen plint. Drie behouden steekboogvensters in zandstenen omlijstingen met sponning, en sporen van een vierde. Rechthoekige deur met houten latei doch zandstenen stijlen met kwarthol beloop en een toegevoegde deur en venster van baksteen. Sporen van vlechtingen in de zijpuntgevels en een steekboogvenster in de achtergevel. Tegen de zijgevel, eenlaags dienstgebouw onder zadeldak (kunstleien) en resten van stijl- en regelwerk met uitstekende ankerbalken in de voorgevel.
Bron: DE MAEGD C. & VAN AERSCHOT S. 1975: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Vlaams-Brabant, Halle-Vilvoorde, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 2n, Gent.
Auteurs: De Maegd, Christiane; Van Aerschot, Suzanne
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: De Maegd C. & Van Aerschot S. 1975: Hoeve Hof te Vrijthout [online], https://id.erfgoed.net/teksten/39363 (geraadpleegd op ).
Vrijthout vormde, als leengoed van Groot-Bijgaarden een omvangrijk domein waarvoor in 1440 Gillis de Witte, in 1448 Lijsbeth van der Bist, in 1449 G. de Vos en in 1564 de familie Pinnock als leenhouders vermeld worden; het goed wordt in 1622 gekocht door de familie Verreycken, heren van Nieuwermolen, die het in 1709 verkopen aan de familie Platteborse; in 1721 wordt het domein gesplitst in het Hof te Vrijthout (er wordt een Groot en een Klein hof vermeld, en van 1555 tot 1758 hoorde er ook een kapel bij) en in het goed Hoogpoort met een kasteel en sedert 1728 een pachthof; beide goederen vervallen naderhand door vererving aan de familie Leyniers en in de 19de eeuw aan de familie Crick.
De gebouwen van de huidige hoeve dateren uit de 18de en 19de eeuw, en heden zijn restauratiewerken aan de gang. Boerenhuis (nok loodrecht op de straat) van vijf traveeën en één bouwlaag met een zadeldak (kunstleien), uit de 18de eeuw. Witgekalkte baksteenbouw met gepikte plint van zandsteen. Rechthoekige vensters in licht uitspringende omlijstingen met sponning en voorheen luiken (vernieuwd houtwerk); steekboogdeur op hoge neuten, in een omlijsting verrijkt met imposten, sleutel, riemprofiel en kwartholle neg (derde-vierde kwart 18de eeuw). Achtergevel voorzien van twee dichtgemetselde vensters in licht uitspringende omlijstingen. Zijpuntgevels met top- en schouderstukken, en rechts vlechtingen; van de linkerzijgevel met zandstenen sokkel werd de bovenbouw van baksteen vernieuwd. Rechterzijgevel voorzien van vierkante topvenstertjes en twee gedichte vensters met zware latei en posten met negblokken. Binnenin, een behouden trap, een stucplafond en een houten bovenboezem in Louis XV-trant en een meer traditionele bakstenen schouw (18de eeuw).
Links en rechts, losstaande haakse hoevegebouwen met zadeldaken (pannen), uit de 19de eeuw; baksteenbouw voorzien van rechthoekige muuropeningen.
Aan de straatkant, voormalig paviljoen (wagen- en koetsiershuis?) onder zadeldak (pannen), uit het derde-vierde kwart van de 18de eeuw, en heden in gebruik als schuur. Baksteenmetselwerk van Spaanse steen met gebruik van zandsteen. In de achtergevel, drie deels dichtgemetselde rechthoekige inrijpoorten met zandstenen posten opgevat als vlakke pilasters, uitlopend op kwartronde consoles onder de latei; vlak kordon erboven. Links en rechts, sporen van rechthoekige vensteromlijstingen met negblokken en een zware driedelige latei. In de voorgevel, sporen van een centrale, gelijkaardige poort waarvan de rechterstijl bewaard bleef (linkermuurpand vernieuwd); rechts, twee gedichte, zeer hoge vensters in smalle zandstenen omlijstingen met negblokken. In de zijgevel, sporen van vlechtingen en een venster met zware latei en negblokken zoals in de achtergevel.
Bron: DE MAEGD C. & VAN AERSCHOT S. 1975: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Vlaams-Brabant, Halle-Vilvoorde, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 2n, Gent.
Auteurs: De Maegd, Christiane; Van Aerschot, Suzanne
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: De Maegd C. & Van Aerschot S. 1975: Hoeve Hof te Vrijthout [online], https://id.erfgoed.net/teksten/39364 (geraadpleegd op ).