Burgerhuis in eclectische stijl gebouwd in opdracht van Albert Moors, naar een ontwerp door Henri Frans Van Steenbergen uit 1910. Deze aannemer en bouwmeester, de jongere broer van Martin Van Steenbergen met wie hij aan het begin van zijn loopbaan kort samenwerkte, was in Antwerpen actief van de late jaren 1880 tot midden jaren 1920.

Met een gevelbreedte van drie traveeën omvat de rijwoning drie bouwlagen onder een zadeldak (pannen). De lijstgevel heeft een parement uit ivoorkleurige Silezische brikken in kruisverband, met gebruik van blauwe hardsteen voor de plint, puilijst, speklagen, lekdrempels, lateien, balkons en steigergaten. Horizontaal geleed door de puilijst legt de compositie de klemtoon op de middenas. Deze wordt op de eerste verdieping gemarkeerd door een balkon met consoles en balustrade waarop vlamornamenten, en op de tweede verdieping door een halfrond balkon met een gelede basis en ijzeren borstwering. Verder beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, op de begane grond opgebouwd uit rechthoekige deur- en vensteropeningen met een gestrekte waterlijst. De eerste verdieping onderscheidt zich door steekboogvensters met een sluitsteen en gebogen waterlijst, de tweede verdieping door rechthoekige vensters met een latei op kraagstenen en een gestrekte waterlijst, alle op individuele lekdrempels. Een houten kroonlijst op klossen en tandlijst boven steigergaten vormt de gevelbeëindiging. Bewaarde houten vleugeldeur met siersmeedwerk; oorspronkelijk hadden de guillotineramen van de begane grond en de T-ramen van de begane grond typische kleine roeden in het bovenlicht.

De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal. Volgens de bouwplannen beslaat de gebruikelijke enfilade van salon, eetkamer en veranda met bovenlicht de begane grond, geflankeerd door de keuken annex pomphuis en wc in de achterbouw. De eerste verdieping omvat een grote voorkamer, een kleine achterkamer en een kamer annex pomphuis in de achterbouw. De indeling van de tweede verdieping wijkt hiervan af door een ‘kabinet’ naast de voorkamer.

Enkelhuis van drie traveeën en drie bouwlagen, van circa 1910. Bakstenen lijstgevel met sober gebruik van natuursteen. Rechthoekige muuropeningen. Middentravee met balkons, op bovenverdieping met gebogen ijzeren leuning.