"Noorderbrug" of "Beerstbrug". Deze boogbrug dateerde oorspronkelijk van 1774, en werd in 1907 verbreed naar aanleiding van de aanleg van de buurtspoorweg Oostende-Diksmuide (lijn nummer 132). De brug was tijdens de Eerste Wereldoorlog van groot belang voor de bevoorrading van de Duitse troepen. Daarom werd de "Mainzerbrücke" bij beschietingen telkens opnieuw hersteld. Na de oorlog werd deze brug historiserend heropgebouwd (mogelijk met integratie van oude muurdelen). Bij de aftocht van het Belgische leger in 1940 werden gaten in het baksteenmetselwerk van de bogen (op vandaag nog steeds bewaard) gemaakt, dit met de bedoeling om de bruggen te laten exploderen.

Drieledige boogbrug in gele baksteenbouw, gebruik van arduin voor boogomlijsting en steunberen. In 2003-2005 aanpassing van de brug in het kader van de werken aan de Handzamevaart: naar de Grote Dijk toe werd de leuning verlaagd en uitgebreid met een houten railing. Tevens loopt het fietspad langs de Handzamevaart onder de derde boog door (zie onder Grote en Kleine Dijk).

De Beerstbrug is gelegen op de kop van de Grote Dijk, op het kruispunt met de De Breyne Peellaertstraat, nabij het Spaans huis in de Grauwe Broedersstraat, ten noorden van Diksmuide. Onder de Beerstbrug neemt de Handzamevaart een bocht naar het westen.

Deze op drie bogen rustende brug uit gele baksteen werd in 1774 gebouwd. Ze was toen smaller en werd in 1908 bij de aanleg van de buurtspoorweg verbreed. Hoewel tijdens de Eerste Wereldoorlog sterk beschadigd, bleef de brug toch grotendeels bewaard. De Duitsers droegen er goede zorg voor en herstelden ze telkens opnieuw. De Mainzerbrücke zoals ze de brug noemden, was immers onmisbaar voor de bevoorrading en aanvoer van troepen.

De openingen onderaan de stenen pijlers zouden er in 1940 ingekapt zijn. Hierin kon munitie geplaatst worden die, bij het eventuele naderen van de vijand, tot ontploffing gebracht kon worden.