Vrijstaand herenhuis in de wederopbouwperiode (1922) gebouwd als notariswoning. Vermoedelijk in de jaren 1950 werd het pand grondig aangepast en uitgebreid tot een bepleisterd en witbeschilderd pand met klokgevel en aediculavenster. Op de Ferrariskaart (1770-1778) is de site aangeduid als een omwalde opperhof-/ neerhofsite. Op de Atlas der Buurtwegen (circa 1843) is de achtvormige omwalling deels bewaard, de omwalling van het noordelijk deel is echter deels gedempt op deze atlas en op één volume na niet meer bebouwd.
Imposant in tuin (onder meer rode beuk) gelegen volume met links en rechts aansluitende muren met uitgewerkte poorten. Breedhuis van twee bouwlagen onder pannen zadeldak, zijgevels en risaliet afgewerkt met klokgevels, in de centrale klokgevel aediculavenster. Houtwerk (gebogen kalf) met kruisindeling en kleine roedeverdeling.
ERVINCK L., DEBAEKE S., Het drama van Esen, Koksijde, 1996, p. 170.
Bron: MISSIAEN H. & VANNESTE P. met medewerking van GHERARDTS F. & SCHEIR O. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Diksmuide, Deel I: Deelgemeenten Diksmuide, Beerst, Esen, Kaaskerke, Keiem en Lampernisse, Deel II: Deelgemeenten Leke, Nieuwkapelle, Oostkerke, Oudekapelle, Pervijze, Sint-Jacobskapelle, Stuivekenskerke, Vladslo en Woumen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL18, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Vanneste, Pol; Missiaen, Halewijn Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)