Teksten van Brouwerswoning en brouwerij Constenoble

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78213

Brouwerswoning en voormalige brouwerij ()

Brouwerswoning en voormalige brouwerij van de familie Constenoble, heropgebouwd in de jaren 1920.
De brouwerij speelt een belangrijke rol tijdens de Eerste Wereldoorlog. Wanneer het dorp op de vooravond van 20 oktober door de Duitsers wordt ingenomen, zoeken de inwoners van Esen onder meer hun toevlucht in de kelders van de brouwerij Constenoble. De Duitsers maken hiervan gebruik om in de feiten de hele brouwerij, de boerderij en het brouwershuis uit te bouwen tot gevangenis. Op 15 november (na de val van Diksmuide op 10 november) worden de meer dan 500 gevangenen uit de brouwerij te voet naar Zarren (Kortemark) overgebracht, van waar ze met de beestentrein verder vervoerd worden naar Torhout, Roeselare of Brugge.
In 1980 worden de brouwerijgebouwen verkocht aan ‘De Dolle Brouwers’ die de bierproductie (onder meer Oerbier, Ara bier, Stille Nacht, Boskeun) opnieuw opstarten.

De vooroorlogse brouwerij had blijkens de Atlas der Buurtwegen (circa 1843) en een prentbriefkaart van circa 1900 de volgende constellatie en uitzicht: een licht achterin gelegen breedhuis van twee bouwlagen, in voortuin. Ten noorden daarvan en haaks op de straat, een L-vormig brouwerijgebouw met verjongende schoorsteen op vierkante basis. Het witgekalkte huis met aandaken en getoogde muuropeningen dateerde mogelijk uit de 18de eeuw.

De huidige brouwerswoning van de jaren 1920 herneemt de inplanting van de oude woning. Voortuintje (rode beuk) met overhoekse bakstenen pijlers en ijzeren hekken met geometrisch motief. Dubbelhuis met centrale travee bekroond met trapgevel. Rechthoekige muuropeningen verdiept in korfboognissen, rolluikkasten op de verdieping. Bewaard houtwerk met gelede bovenlichten, en vleugeldeur met uitgewerkte panelen.
Haaks op de straat ingeplante brouwerij, naar verluidt van 1920-1921, deels vooraf gegaan door recente loods. Geelbakstenen gebouw van twee bouwlagen onder pannen zadeldak, markerende hoektravee en vierkante schoorsteen. Korfbogige muuropeningen met bewaard houtwerk. De kelders zouden nog dateren van voor de oorlog en herinneren aan het 'drama van Esen'. Bewaarde brouwinstallatie, bepaalde elementen dateren van voor de oorlog.

  • Inventarisatie van Relicten uit de Eerste Wereldoorlog in de Westhoek (Provincie West-Vlaanderen, "Oorlog en Vrede in de Westhoek", en Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Monumenten en Landschappen).
  • ERVINCK L. & DEBAEKE S. 1996: Het drama van Esen, Koksijde, 67, 80.

Bron: MISSIAEN H. & VANNESTE P. met medewerking van GHERARDTS F. & SCHEIR O. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Diksmuide, Deel I: Deelgemeenten Diksmuide, Beerst, Esen, Kaaskerke, Keiem en Lampernisse, Deel II: Deelgemeenten Leke, Nieuwkapelle, Oostkerke, Oudekapelle, Pervijze, Sint-Jacobskapelle, Stuivekenskerke, Vladslo en Woumen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL18, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  Vanneste, Pol; Missiaen, Halewijn
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Brouwerswoning en brouwerij Constenoble [online], https://id.erfgoed.net/teksten/78213 (geraadpleegd op ).


Brouwerij Dolle Brouwers (Esen - WOI) ()

Gelegen langs de Roeselarestraat, in de dorpskom van Esen, circa 100m ten zuidoosten van de kerk.

Historische achtergrond

In de kelders en de gebouwen van de brouwerij 'De Dolle Brouwers' te Esen verbleven van midden oktober tot midden november 1914 burgers van Esen. Het verhaal van de brouwerij hangt sterk samen met de gruwelen die de Duitse militairen in de eerste maanden van de oorlog pleegden tegen de lokale bevolking van Esen.

De geschiedenis van de brouwerij te Esen gaat terug tot 1835 toen dokter Louis Nevejan de brouwerij stichtte (en er later een stokerij aan toegevoegd werd). In 1882 werd ze aangekocht door Alois Costenoble die ze bedrijvig hield tot 1927. De zaak ging over van vader op zoon. In 1980 namen 'De Dolle Brouwers' de brouwerij over.

Reeds op 12 september 1914 zou er sprake geweest zijn van Ulanen in Esen. Het dorp werd in de vooravond van 20 oktober ingenomen door het 201 en 202 R.I.R. (Reserve Infanterie Regiment) en het 15de Jagersbataljon. De inwoners zochten onderdak, onder meer in de gewelfde kelders van de brouwerij Costenoble. De groep vluchtelingen groeide er steeds maar aan. Duitsers, die in de vooravond de kelders binnenstormden, verplichtten de inwoners naar buiten te gaan en dreigden ze af. Alberic Costenoble, zoon van de brouwer, werd doodgeschoten toen hij – getroffen door een kogel in de rug – niet snel genoeg naar buiten ging. De mannen werden gefouilleerd en bij twee van hen werden kogelhulzen gevonden: over hen werd nooit iets meer gehoord. De mannen werden die avond nog naar de herberg 'Het Casino' gebracht, waar ze in de kamer achter de gelagzaal staande, met de handen in de lucht, de nacht moesten doorbrengen. Toen diezelfde avond Duitse geweren en uitrustingsstukken gevonden werden in het huis van de burgemeester (ze zouden afkomstig geweest zijn van soldaten die op 16 en 17 oktober in het dorp verbleven hadden en toen plots op de vlucht geslagen waren), zouden de Duitsers het bevel gegeven hebben om de kerk en enkele gebouwen van Esen in brand te steken. Op 22 oktober werd door manschappen van het 203 R.I.R. geschoten op een boerenwagen, waarop 16 burgers uit Esen zaten: er vielen elf doden en vijf gewonden.

Ondertussen kwamen steeds meer mensen naar de brouwerij, vrijwillig of als gevangene. Niemand mocht nog naar buiten. Deze toestand duurde zeker een week, totdat de toestand voor de bewakers zelf onuitstaanbaar werd. Toen waren er reeds een vierhonderdtal personen in de kelders, de mouterij en de brouwerij aanwezig. Diegenen die nog op de hoeves waren, werden samengebracht en gevangen gezet op enkele boerderijen. Andere boerderijen dienden als Duitse verzorgingsposten.

De toestand in de brouwerij werd steeds ondraaglijker en kinderen stierven er. De toestand bleef er kritisch totdat Diksmuide op 11 november 1914 viel. Op 15 november ging de deur van de brouwerij open voor de 522 gevangenen, die alle plaatsen van de boerderij en van het grote brouwershuis hadden benut. Zij werden te voet naar Zarren overgebracht om vandaar verder te trekken naar Torhout, Roeselare of Brugge met een beestentrein. Op 22 november onderging de rest van de bevolking van Esen, Vladslo en Woumen hetzelfde lot.

Er zouden in deze periode 49 burgers van Esen omgekomen zijn.

De gebouwen van de brouwerij, die tijdens de oorlog vernield raakten, werden in 1921 wederopgebouwd met de oude stenen. De kelder is nog authentiek, maar werd enkele jaren geleden opnieuw geschilderd. Er zijn vandaag geen sporen meer aan te treffen van de Eerste Wereldoorlog.

Beschrijving

Wederopgebouwd brouwershuis in gele baksteen, met recentere grotendeels witgeschilderde bijbouwen.

  • ERVINCK L. 1996: Het drama van Esen, Koksijde, Uitgeverij De Klaproos.
  • HAESAERT Roger 1998: Gids herinneringstentoonstelling. 80 jaar wapenstilstand 1998 in de authentieke bewaarde kelders uit 1914 van de toenmalige brouwerij Costenoble, nu "De Dolle Brouwers" te Esen, Esen, NSB Esen.
  • De Dolle Brouwers, Homepage [online] http://www.proximedia.com/web/dolle-brouwers.html (30/08/2004).

Bron: WOI Relict (594): Brouwerij Dolle Brouwers (Esen - WOI)
Auteurs:  Decoodt, Hannelore; Bogaert, Nele
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Brouwerswoning en brouwerij Constenoble [online], https://id.erfgoed.net/teksten/195813 (geraadpleegd op ).