Wederopbouwhoeve met poort en opschrift "BLAUWHUIS"/ "ANNO 1920". Deze hoeve gaat terug op een dieper gelegen belangrijke historische hoeve (de site is nu verlaten en beschermd als archeologische site, zie Berkelhofweg zonder nummer). De eerst bekende vermelding gaat terug tot 1172 als de hofstede "Lodenspikere"/ "Lodinspikere", wanneer de bisschop van Terwaan, de abt van Ename toestemming geeft om er een altaar op te richten. "Lodenspikere" betekent 'beroemde voorraadschuur'. In 1658 wordt een "Kaerte figurative van het pachthof genaempt het Blauwhuys (...)" gemaakt door J.B. Bal (Rijksarchief Gent, kaart n° 568). De benaming "Blauwhuis" gaat wellicht terug op de 16de eeuw wanneer het strooien dak van het boerenhuis vervangen werd door blauwe schaliën (zie infobord). De hoeve is als omwalde site aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778) als "Cse Blauwhuys". De omwalling en de opstelling met losse bestanddelen is nog steeds bewaard op de Atlas der Buurtwegen (circa 1843). Bij de wederopbouw in de jaren 1920 wordt het domein van de hoeve in twee opgesplitst. De hoeve die aan de Nieuwpoortstraat heropgebouwd werd, krijgt de benaming "Blauwhuis", de omwalling wordt niet hernomen. Een andere hoeve wordt gebouwd aan de Berkelhofweg (zie Berkelhofweg nummer 1).

Aan de straat gelegen wederopbouwhoeve met losstaande bakstenen bestanddelen onder pannen zadeldaken, met rechthoekige opstelling rondom een deels gekasseid erf. Verzorgd baksteenmetselwerk met aandaken en vlechtingen.

Gekanteelde korfboogpoort met opschrift en centraal Marianis in een gesinterde omlijsting. Mogelijk is deze poort - een eerder uitzonderlijk gegeven binnen de hoevebouw van het poldergebied - (her)opgebouwd naar een historisch voorbeeld confer bewaarde iconografie van voor de Eerste Wereldoorlog van gelijkaardige witgekalkte poort van hoeve "Vogelsteen" te Pervijze. Naar de straat gericht boerenhuis met dakvenster, rechthoekige muuropeningen onder strek, vernieuwd houtwerk. Ten noorden van het erf, imposante dubbele dwarsschuur: twee hoge tudorboogvormige poorten en lage rechthoekige wagenhuispoorten verdiept in tudorboognissen. Zijgevels uitgewerkt met steunberen, tegen de linker zijgevel, leifruit. Overige gebouwen met een meer verbouwd karakter.