De gedenkkapel voor de militaire en burgerlijke slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog, ten zuidwesten van de kerk, werd ingewijd op 18 september 1924. Rondom de kapel ligt het militaire ereperk voor voornamelijk Belgische militairen gesneuveld tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het deel van het kerkhof met gedenkkapel en ereperk is toegankelijk via ijzeren hekken tussen bakstenen pijlers met gedenkplaten met opschriften "Ter Eeuwige Gedachtenis Der Burgerlijke Slachtoffers Van Vladsloo 1914-1918" en "(…) Der Gesneuvelde Oud-Strijders (…)". Het hekwerk is versierd met ijzeren banderol met opschrift "Ontferm U Myner Vrienden Gy Ten Minste Myne (Vrienden)".
In de gedenkkapel worden 39 Vladslonaren herdacht, 22 doodgeschoten burgers en 17 soldaten. Vijftien burgers stierven in de periode 20-28 oktober 1914. Voor 20 oktober worden zes namen opgelijst in de kapel, waaronder August Tryhou en drie andere mannen die door Duitse militairen neergeschoten werden op Tryhou’s hoeve. De naam Tryhou komt drie maal voor op de mementoplaten. Naast vader en burger August, worden ook zijn zonen-soldaten vermeld: Cyriel sneuvelde op 24 oktober 1914 tijdens de Slag aan de IJzer bij Pervijze, Eduard stierf in 1917 in Vinkem, mogelijk in het militair hospitaal.
De muren en het gebogen dak van de gedenkkapel zijn opgetrokken in veldsteen. De stompe puntgevel is bekroond met een ijzeren kruis. De kleine rondboogvenstertjes, het tongewelf en de ronde apsis verwijzen naar een pseudo-romaanse vormentaal.
Het kapelinterieur is toegankelijk via een grote rondboog. De grote bidruimte, overwelfd door een bakstenen en veldstenen tongewelf, is via een ijzeren traliewerk afgesloten van de apsis met altaar in breuksteen, waarop de polychrome gipsen piëta geplaatst is. De tegelvloer met perspectiefwerking loopt verder op het altaar. De blauwhardstenen mementoplaten met namen, sterfdata en porseleinfoto's zijn ingemetseld in de zijwanden van de bidruimte. Links worden de burgers herdacht met opschrift "1914 † 1918 - Godvruchtig Aandenken Onzer Doodgeschoten Burgers (…)". Rechts hetzelfde opschrift voor de "Helden Soldaten".
Het ereperk rondom de gedenkkapel wordt gemarkeerd door een zestal blauwhardstenen (schamp)palen. Onder meer volgende Belgische militairen, afkomstig uit Vladslo, worden ook vermeld op de mementoplaat in de gedenkkapel: Valentin Dewachter (gesneuveld 1914), Georges Hosten in 1917 overleden in het militair hospitaal van Vinkem, de gebroeders Cyriel en Eduard Tryhou, Jerome Vannieuwenhuyze (gesneuveld 1918), Cyriel Florin (gesneuveld augustus 1914 in Kumptich) en Jules Deschryver (gesneuveld september 1918 in Staden). De bevriende piloten Jacques de Meeus (Lillois) en baron Charles Kervyn de Lettenhove (Wakken) sneuvelden in juli 1917 nabij Vladslo, nadat hun vliegtuig in een luchtgevecht neergeschoten werd. Ze liggen begraven onder hetzelfde grafteken. Ook de gebroeders Tryhou delen één grafteken. Er liggen tevens doden van de Tweede Wereldoorlog op het ereperk. De 22-jarige Britse piloot R.F. Broad van de Royal Air Force Volunteer Reserve stortte met zijn vliegtuig neer in Vladslo op 20 september 1943. Hij kreeg een sobere witstenen grafstèle van het Gemenebest. Maurits Beuckelaere werd in 1944 neergeschoten in Koekelare. Elders op het kerkhof is ook de graftombe van politieke gevangenen van de Tweede Wereldoorlog bewaard.
Het ereperk wordt gekenmerkt door een diversiteit aan graftekens: van imposante blauwhardstenen graftekens met een perk met kettingen of leuning (voorbeeld de Lettenhove en de Meeus, gebroeders Tryhou), over eenvoudige blauwhardstenen grafstèles, een betonnen kruis (Maurits Beuckelaere) tot uitzonderlijk drie ijzeren kruisen op een rij.
- Provincie West-Vlaanderen, "Oorlog en Vrede in de Westhoek", en Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Monumenten en Landschappen, Inventarisatie van relicten uit WO I in de Westhoek (2002-2005).
- CAFMEYER M. 1975: Vlazeele bij het IJzerfront, in Biekorf: Westvlaams archief voor geschiedenis, archeologie, taal- en volkskunde, 76.1, 215-220.