erfgoedobject

Hoeve Bonem

bouwkundig element
ID
78649
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78649

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Hoeve Bonem
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Hoeve Bonem
    Deze vaststelling was geldig van tot

Beschrijving

Hoeve "Bonem", gelegen in gelijknamige site waarvan de historiek teruggaat tot de 13de eeuw. Historische hoeve gelegen op terp als restant van het voormalige "Hof Bonem", een leengoed gesticht door de heren van Bonem na indijking van de polder met de aanleg van de Branddijk in het laatste kwart van de 12de eeuw. Voorheen gelegen in de "Watering van den Broucke" in de voormalige parochie Sint-Katharina-buiten-Damme, waarvan, behalve de hoeve, niets meer overgebleven is.

Historiek

Bonem is eertijds een onafhankelijke heerlijkheid met eigen rechtsbevoegdheid die ressorteert onder de Burg van Brugge. Het leengoed is in de 13de eeuw in het bezit van ene Willem van Bonem, ridder, schepen van het Brugse Vrije en ambachtsheer van Oostkerke. Deze schenkt in 1247 aan de stad Damme een vrije weg die door zijn nieuw aangekochte bezittingen te Bonem loopt. Hij verkoopt in 1297 de achterlenen van Bonem aan Boudewijn van Dudzele. Nadat het leengoed overgaat op Jacob van Heimsrode is het vanaf 1358 in bezit van Jacob Braderic, broer van Hendrik die de heerlijkheid Viven bezit en in 1370 door hem geërfd wordt (zie Vivenkapelle). Het leengoed bevat 45 gemeten land en een winstgevende visvijver. Latere eigenaars zijn onder meer Jean en Arnould Adornes (laatst genoemde raadsheer in Brugge) in het begin van de 16de eeuw en de familie de Bils d'Ardenbourg van de 16de tot het begin van de 18de eeuw. In 1725 wordt Ferdinand-Philippe, baron van Boonem en heer van Beverencourt, eigenaar. Van 1871 tot 1874 is het goed een tijdje in handen van de Burgerlijke Godshuizen, doch erna komt het opnieuw in privébezit.

Op een kaart van 1676 wordt "'t goet genaempt Boonem" afgebeeld als een omwalde en beboste rechthoekige site waarop enkele losstaande volumes in elkaars verlengde liggen met een bijgebouw ten zuiden. Een andere 17de-eeuwse kaart toont een omwalde site met twee haaks op elkaar staande rechthoekige volumes, toegankelijk via een lange gebogen weg die leidt naar een toegangsbrug. Op de Ferrariskaart (1770-1778) is de lange beboomde dreef vanaf de Vivensteenweg naar het landgoed te zien; hier worden de gebouwen echter evenwijdig aan elkaar weergegeven. Ten noordoosten ervan is er bebouwing, doch het is niet met zekerheid te zeggen of deze afhangen van het Hof Bonem (neerhof ?). Op een kaart van circa 1800 wordt de huidige configuratie zichtbaar, namelijk een hoeve van het langgeveltype met een losstaand bijgebouwtje ten zuidwesten van het erf. Het geheel is omringd door een slotgracht met wal en ligt te midden van moerassig gebied. Vóór 1820 wordt het huidig bijgebouwtje aan de zuidoostelijke zijde opgetrokken. De kaart van P. Vander Maelen (circa 1850) geeft duidelijk de ligging van het goed middenin de oude kreekarm weer. De Bonemstraat loopt over het water heen vanaf de Legeweg tot aan de Branddijk. Volgens kadaster wordt circa 1887 het hoofdvolume uitgebreid aan noordzijde; het kleine bijgebouwtje ten zuidwesten en een uitbouw aan het hoofdvolume worden afgebroken. In de loop van de eerste helft van de 20ste eeuw wordt het omringend water geleidelijk omgezet in weiland. In de jaren 1970 tenslotte ondergaat de hoeve enkele wijzigingen : het bijgebouw van 1887 wordt afgebroken en er gebeuren verbouwingen aan de zuidzijde van het woonhuis; tevens renovatie van het ganse interieur.

Beschrijving

Beboomde site op terp duidelijk zichtbaar in het polderlandschap, toegankelijk via lange erfoprit en ijzeren hekken langs zowel de Bonemstraat ten zuiden als de Branddijk ten noorden. Deels verhard erf met groot grasveld, weiland en bomen (knot- en hoogstammige bomen). Grote waterpartijen voornamelijk aan west- en zuidzijde als restanten van voormalig krekengebied of de "Visserie".
Hoeve van het langgeveltype opklimmend tot minimum de 17de eeuw, met losstaand bijgebouw uit het eerste kwart van de 19de eeuw aan zuidoostelijke zijde. Boerenhuis met aansluitende lagere stalvleugel aan oostzijde. Langgestrekte witgekalkte en verankerde baksteenbouw met gepekte plint onder zadeldak met verspringende nok (Vlaamse pannen); lagere aanbouw onder lessenaarsdak tegen westelijke zijgevel. Zijpuntgevels voorzien van muurvlechtingen. Boerenhuis met twee opkamertraveeën. Rechthoekige muuropeningen waarboven thans gedichte halve korfboogvormige openingen; tevens gedichte boogvormige openingen in kelder en in westelijke zijpuntgevel. Betegelde onderdorpels. Schrijnwerk met grote roedeverdeling. Luiken met figuratieve duimen. Ingang aangepast door middel van twee nieuwe deurvensters aan de zuidzijde. Gekasseide stoep aan zuidzijde.

Stalvleugel oorspronkelijk gekenmerkt door kleine vierkante getraliede vensters; doorbreking door nieuwe beluikte muuropeningen.
Interieur van boerenhuis volledig gerenoveerd in de jaren 1970. Voorheen brede stookplaats tegen westgevel van woonkamer, van waaruit houten spiltrap naar opkamer en zolder. Opkamer voorheen met vloer van grijze en rode tegels in ruitvormig patroon, thans met nieuwe plankenvloer. Opmerkelijke schouw voorzien van twee houten zuilen op vierkante sokkel die de fraai geprofileerde houten mantel ondersteunen; betegelde haardwand. Bewaarde balkenzolderingen van woon- en opkamer op gelijke hoogte, bestaande uit moer- en kinderbalken; moerbalken met geprofileerde balksleutels.

Kelder onder opkamer overdekt door tongewelf; vloer in boomse tegels; twee (nieuwe) kleine keldervensters in noordgevel.
Losstaand bijgebouw (schuur/wagenhuis) uit eerste kwart van de 19de eeuw : witgepleisterde en verankerde baksteenbouw onder pannen zadeldak, symmetrisch uitlopend aan noord- en zuidzijde (nok evenwijdig met boerenhuis; Vlaamse pannen). Dwarsgevels voorzien van korfboogvormige doorrit met houten poort. Rondbogig laaddeurtje in oostelijke zijpuntgevel.

  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 207 : Mutatieschetsen, Damme, 1887/26, 1970/11, 1972/11.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 212 : Kadastrale legger, Damme, artikel 183ter.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen te Brugge, 223 : Mutatiestaten, Damme, 1887/100, 1970/52, 1972/98.
  • Rijksarchief Brugge, Verzameling kaarten en plannen Mestdagh, nr. 262: Perceelskaart van de watering Zuid-over-de-Lieve (secties 29-32, 47, 48) en de Boonemvyver, eigendom van Auguste Wautelée, burgerlijke godshuizen van Damme, circa 1820.
  • Rijksarchief Brugge, Verzameling kaarten en plannen Mestdagh, nr. 283: Figuratieve kaart van 'Het hof van Boonem', eigendom van baron van Boonem, en van een hoeve en landerijen in de watering Moerkerke Zuid-over-de-Lieve (sectie 21, 22), eigendom van joncheer Jacques van Ockerhout, circa 1800.
  • Rijksarchief Brugge, Verzameling kaarten en plannen Mestdagh, nr. 942a: Kaart van een hoeve en landerijen in de watering van Moerkerke Zuid-over-de-Lieve, eigendom van joncheer Jean de Casetta, heer van Byssem, opgemaakt door G.J. , november 1676.
  • Rijksarchief Brugge, Verzameling kaarten en plannen Mestdagh, nr. 942b: Kaart van een hoeve en landerijen in de watering van Moerkerke Zuid-over-de-Lieve, eigendom van joncheer Jean de Casetta, heer van Byssem, opgemaakt door D. Seghers, kopie van kaart 1676, 1753.
  • Rijksarchief Brugge, Verzameling Omlopers Jonckheere, nr. 12552: Kaart van een stuk van Moerkerke-Zuid-over-de-Lieve (aangevuld tot 1721), als bijlage in: Omloper van de watering van Moerkerke-Zuid-over-de-Lieve, 1ste-72ste begin, kopie opgemaakt naar de omloper van Hendrik de la Porte van 1654, 17de eeuw.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van Westelyk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guînes en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, deel II, Brugge, 1921, kolom 357-361-362; 365.
  • DE KEYSER R., Oostkerke Ambacht en het Ammanschap van Oostkerke in de 13de en het begin van de 14de eeuw, in Rond de Poldertorens, jg. 26, nr. 3, 1984, p. 113-123.
  • DEVLIEGHER L., Damme, in Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, deel 5, Tielt, 1971, p. 156-157.
  • GILLIODTS-VAN SEVEREN L., Coutumes du Bourg de Bruges, tome 1, Bruxelles, 1883-1885, p. 374-375.
  • SABBE J., Heinric Braderic, een Brugse "homo novus" uit de 14de eeuw, in Album Albert Schouteet, Brugge, 1973, p. 169-175.

Bron: CALLAERT G. & HOOFT E. met medewerking van SANTY P. & SNAUWAERT L. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Damme, Deel I: Stad Damme, Deelgemeenten Hoeke, Lapscheure en Moerkerke, Deel II: Deelgemeenten Oostkerke, Sijsele en Vivenkapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL17, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Hooft, Elise; Callaert, Gonda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hoeve Bonem [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78649 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Damme

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.