is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Hoeve met drie linden
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Hoeve met drie linden
Deze bescherming is geldig sinds
is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Stadskern Damme
Deze vaststelling is geldig sinds
is deel van de aanduiding als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Stadskern Damme
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Stadshoeve Hoeve met drie linden
Deze vaststelling was geldig van tot
is deel van de aanduiding als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Stadskern Damme
Deze bescherming was geldig van tot
Historische stadshoeve gekend als "Hoeve met drie linden", gelegen recht tegenover de kerkwegel, in kern opklimmend tot de 18de eeuw, zie jaartalsteen "1792" in puntgevel van het woonhuis. Uitgebreid in 1830 met stalvleugel langs de straat en in de loop van de 19de-20ste eeuw met losstaande, achterliggende bijgebouwen, onder meer schuur. In het begin van de 20ste eeuw woonhuis langs de straat in gebruik als kosterhuis en broodzaak, behorend bij de ertegenover gelegen (thans verdwenen) bakkerij. Hoeve oorspronkelijk in L-vormige opstelling met later bijgebouwde losstaande bestanddelen op deels verhard erf. IJzeren hek (nieuw) tussen bakstenen pijlers als toegang tot het erf, van de straat afgesloten door hoge bakstenen muur die de verscheidene bouwvolumes met elkaar verbindt. Gekasseide erftoegang.
Ten noorden van het erf, boerenhuis haaks op de straat ingeplant. Witgekalkte en verankerde éénlagige baksteenbouw op gepekte plint onder zadeldak (nok haaks op straat; Vlaamse pannen). Aan straatzijde, woonhuis met puntgevel van drie traveeën, verscholen achter drie karakteristieke leilinden die beschutting bieden tegen de zon en de westenwinden. Licht getoogde muuropeningen onder strek en dito zoldervenster. Erfgevel met korfboogdeurtje en klimmende dakkapellen. Arduinen onderdorpels. Voorheen houtwerk met kleine roedeverdeling. Deur met gedeeld bovenlicht. Links, muurtje met getoogde poort als zijtoegang.
Gesloten stalvleugel langs de straat (koestallen), witgekalkt onder overkragend zadeldak (nok evenwijdig met straat; Vlaamse pannen); kleine stal- en laaddeurtjes. Geïncorporeerd wagenhuis, zie aan erfzijde twee korfboogdoorgangen, oorspronkelijk drie, thans één gedicht door recentere aanbouw als scheiding tussen stal- en woongedeelte.
Ten zuiden van het erf, losstaande dwarsschuur haaks op de straat ingeplant. Verankerd bakstenen gebouw onder overkragend zadeldak (Vlaamse pannen) met aan erfzijde grote (centraal) en kleine (links) korfboogpoortopening. Centraal nieuwe schuifpoort. Recente aanbouw aan oostzijde. Aan oostzijde van het erf, losstaand witgekalkt stalgebouw onder zadeldak (Vlaamse pannen), evenwijdig met de stalvleugel aan de straatzijde; recentere lage aanbouw aan oostzijde.
Interieur (boerenhuis). Vloer in inkom met priestergrafsteen in blauwe hardsteen. In woonkamer schouw bekleed met tegels in Delftse traditie. Bewaarde balkenzoldering met geprofileerde uiteinden van moer- en kinderbalken. Naar verluidt, is links van de woonkamer een keldertje, rechts de keuken met stookruimte.
Bron: CALLAERT G. & HOOFT E. met medewerking van SANTY P. & SNAUWAERT L. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Damme, Deel I: Stad Damme, Deelgemeenten Hoeke, Lapscheure en Moerkerke, Deel II: Deelgemeenten Oostkerke, Sijsele en Vivenkapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL17, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Hooft, Elise; Callaert, Gonda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Drie gekandelaarde zomerlinden (Tilia platyphyllos ssp. platyphyllos 'Sanguinea') geplant als schermbeplanting voor Hoeve De Sutter. In de stam zijn in de Tweede Wereldoorlog ijzeren ringen aangebracht, waaraan de Duitse soldaten hun paarden vastbonden. De ringen zijn bijna helemaal in de stam ingegroeid, maar zijn nog zichtbaar bij twee van de drie bomen. De bomen staan aan de straatzijde van de hoeve tegenover de ingang naar het kerkhof. Uit een interview met Roland De Sutter bleek dat de linden niet bij de boerderij zouden hebben gehoord, maar door de gemeente geplant en onderhouden werden. De alternatieve benaming voor Hoeve De Sutter als ‘Hoeve de Drie lindekens’ is dus niet vanzelfsprekend. Stamomtrek, vermoedelijke leeftijd en variëteit zijn erg gelijkend aan de gekandelaarde linden op het kerkhof en een gezamenlijke aanplant is dus eerder waarschijnlijk, m.a.w. deze linden dateren vermoedelijk ook van circa 1875.