is aangeduid als beschermd monument Pastorie Sint-Kwintenparochie
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Pastorie Sint-Kwintenparochie met tuin
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Pastorie van Oostkerke
Deze vaststelling was geldig van tot
Voormalige eind-18de-eeuwse pastorie van Oostkerke, gelegen op een vierkant omwald terrein binnen een prachtige, ruime tuin.
De pastorie wordt gebouwd in 1786, nadat de plannen voor de renovatie van de pastorie in het dorp door pastoor Deprest werden afgekeurd. Uit de literatuur blijkt dat de bouw werd betaald door "tiendeheffers". De bouwtekening van de nieuwe pastorie is bewaard in het archief van het bisdom Brugge; een dubbel wordt ook in situ bewaard. Het gaat om een dubbelhuis van vijf traveeën en één bouwlaag onder een zadeldak met centraal dakvenster met tuitgeveltje. Getoogde muuropeningen, deur met drie treden. Rechts en links een lage aanbouw onder lessenaarsdaken.
De indeling van de woning volgens het plan: Centrale gang doorheen de woning, met links vooraan twee kleine kabinetten, waarachter een ruim salon; rechts dwars ingeplant trappenhuis, met aan voorzijde een eetplaats en aan achterzijde de keuken. Linker aanbouw als houtopslagplaats, rechter aanbouw herbergt schotelhuis, toilet en kabinet.
De woning wordt ingeplant in de noordoosthoek van een ruim rechthoekig perceel dat toebehoort aan de kerkfabriek, en waarop een oudere hoeve stond die afgebroken werd. Rond de nieuwe pastorie wordt een rechthoekige walgracht gegraven, wat een statussymbool is en aansluit bij de typologie van de historische pastorieën, die meestal een dergelijke walgracht hebben. De walgracht omheen de pastorie in de Monnikeredestraat wordt in de literatuur geduid als de laatste walgracht die in de streek werd gegraven.
Kort na de bouw van de pastorie vindt de Franse Revolutie plaats, waarbij de kerkelijke goederen worden geconfisqueerd; de pastorie wordt als gemeentehuis gebruikt. In de 19de eeuw opnieuw pastorie-functie, waarbij een aantal wijzigingen plaats vinden. De meest opvallende is de ophoging van de voorzijde van het gebouw met een verdieping. De achterzijde van de woning wordt niet opgehoogd, waardoor een mank zadeldak ontstaat, bekroond met een dakklokje. Deze verbouwing vindt misschien plaats in 1865, wanneer ook een centrale dreef wordt aangelegd, van bij de voordeur tot aan de erfoprit aan de straat, over de walgracht heen. In 1957 wordt de pastorie verkocht; in 1962 wordt een nieuwe gebouwd vlakbij de kerk op een gedeelte van het kerkhof (zie Processieweg). De pastorie wordt door de Brugse familie Traen gekocht als buitenverblijf. Het is één van de eerste buitenverblijven in de omgeving van Damme; deze trend zal in de decennia daarna een enorme naleving kennen.
De familie restaureert de 18de-eeuwse woning. De belangrijkste aanpassingen zijn de verlaging van de vensteropeningen aan de achterzijde, de samenvoeging van de twee kleine kabinetten tot een ruime woonkamer en de heropbouw van de linkse aanbouw. Het karakter van de woning wordt gerespecteerd. In 1958 geeft de mutatieschets in het kadaster een wijziging van de bestaande volumes weer, wat te wijten is aan een nieuwe opmeting van de gebouwen. De uitbouw rechts achter herbergt stalletjes, bij de renovatie ingericht als badkamer.
Eind-18de-eeuwse pastorie in een sobere, classicistische bouwstijl die aansluit bij de typische, historische architectuur van pastorieën. De statige woning is gelegen in de noordoosthoek van een ruime tuin, op een vierkant omwald terrein. Een kasseipad leidt van de straat naar de voordeur, over de walgracht heen. Aan de straat wordt de ingang gemarkeerd door witgekalkte vierkante bakstenen hekpijlers waartussen een smeedijzeren hek. Dit wordt gerepeteerd bij de toegang tot het "opperhof". Mooie beboomde tuin, met hagen, buxus, mispel, catalpa. Links en rechts van het hek, twee grote eind-18de-eeuwse beuken. Aan straatzijde, een boomgaard. Achter de woning, een rij zeldzame buxusbomen op stam en een treurolm. In de tuin, een oude pomp uit Brugge en enkele ter plaatse gevonden arduinen grafstenen met opschriften en afbeeldingen.
Dubbelhuis van vijf traveeën en twee (voor)/ één (achter) bouwlagen onder mank pannen zadeldak met klokkenstoel. Rechterhelft van de woning is onderkelderd. Sobere donkere baksteenbouw met witgeschilderde lijstgevels die doorbroken worden met segmentbogige muuropeningen met arduinen onderdorpels en neggen; lage achtergevel nu in blote baksteen; voorgevel afgeboord met houten kroonlijst. De ophoging van de voorste helft van de woning is af te lezen op de onbeschilderde linkerzijpuntgevel: de donkerrode baksteen van het 18de-eeuwse gedeelte verschilt van het eerder bruine 19de-eeuwse materiaal. Gecementeerde rechterzijpuntgevel met ovaal traplicht. De bakstenen, onbeschilderde aanbouwen hebben lage, rechthoekige vensters en deuren. Schrijnwerk is gerestaureerd en deels vernieuwd naar oud model: klassieke T-vensters, schuiframen met kleine roedeverdeling in voor- en achtergevel. Arduinen treden naar deur, paneeldeur met gedeeld bovenlicht. Rechts, in de plint, kleine kelderopeningen.
Interieur. Dubbelhuisindeling met centrale gang waarlangs aan beide zijden rechthoekige kamers. De eind-18de-eeuwse indeling van het gelijkvloers is grotendeels bewaard (zie historiek); op de verdieping bevinden zich slaapkamers en een zolderverdieping met gebeitelde telmerken in de spanten. Kelder onder rechter gedeelte van de woning: groot tongewelf, originele zwart-rode tegels in diagonaal streeppatroon.
Gang met gestucte muren en plafonds met smal, eenvoudig lijstwerk; vloer van zwarte natuursteen met kleine witte marmeren tegels. Sobere paneeldeuren naar de flankerende kamers. Kamers met houten vloeren van brede planken, eenvoudige gestucte wanden en plafonds in de salons links, keramische vloeren voor eetkamer en keuken rechts.
Links voor, salon bestaande uit twee samengevoegde kleine kabinetten. Houten schouw valt op door keellijst waarin twee vrouwenhoofdjes; schouwmond met zwarte gesinterde baksteentjes, eenvoudige classicistische vormgeving. Salon aan achterzijde met centrale schouw, aan beide zijden lage houten wandkasten. Gelijkaardige schouw in eetkamer rechts vooraan, gekenmerkt door rode gebakken tegels op vloer. Keuken heeft andere aankleding dan eetkamer en salons: plafond met zichtbare moer- en kinderbalken, verfraaid door balksleutels met bladmotieven (vermoedelijk recuperatie van elders); brede keukenschouw met houten geprofileerde balk, schouwmond met groen-oranje geglazuurde tegels. Vloer in afwisselend patroon van rode en zwarte gebakken tegels. Bijkeuken en schotelhuis bewaren oorspronkelijke elementen zoals de ovens en enkele kastjes.
Dwars geplaatst trappenhuis rechts tussen keuken en eetkamer. Eiken trap met eenvoudige trappaal en vlakke, balustervormige spijlen. Slaapkamers met eenvoudige houten schouwtjes en planken vloeren.
Bron: CALLAERT G. & HOOFT E. met medewerking van SANTY P. & SNAUWAERT L. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Damme, Deel I: Stad Damme, Deelgemeenten Hoeke, Lapscheure en Moerkerke, Deel II: Deelgemeenten Oostkerke, Sijsele en Vivenkapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL17, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Hooft, Elise; Callaert, Gonda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Monnikeredestraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Pastorie Sint-Kwintenparochie met tuin [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78900 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.