is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Groot Hof van Sint-Jan
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Groot Hof van Sint-Jan of hoeve Keizersput
Deze vaststelling was geldig van tot
"Groot Hof van Sint-Jan" of hoeve "Keizersput", historische omwalde hoeve met gebouwen minimaal opklimmend tot het begin van de 18de eeuw doch van middeleeuwse oorsprong, gelegen in de wijk Donk nabij de grens met de huidige gemeente Donk (Maldegem). Voorheen eigendom van het Brugse Sint-Janshospitaal, na de Franse Revolutie van de Commissie Openbare Onderstand, het latere O.C.M.W., en thans behorend tot de domeinen van het Elisabethziekenhuis gelegen langs de Gentse Steenweg.
De geschiedenis van de hoeve gaat terug tot de middeleeuwen, wanneer het Brugse Sint-Janshospitaal grote buitenstedelijke bezittingen heeft doorheen gans het Brugse Vrije, maar ook elders in Vlaanderen, Zeeland en Brabant. Het hospitaal bezit een tiental hofsteden die rechtstreeks worden uitgebaat, onder meer te Briele, Donk, Moere, Oedelem, Oostkamp, Snellegem, Wenduine, Zuienkerke en tevens het hospitaal te Maldegem. Dit laatste wordt circa 1275 gesticht door de Doornikse kanunnik Arnold van Maldegem, die het met alle bezittingen in 1283 schenkt aan het Brugse Sint-Janshospitaal.
Vanaf de 14de eeuw beginnen de opbrengsten van de hoeves sterk te dalen. In 1348 levert de exploitatie voor het eerst negatieve saldo's op voor de hoeve te Donk. In de tweede helft van de 14de eeuw wordt overgeschakeld op het pachtsysteem. In 1446 wordt de hoeve vermeld als " [...] 't goet ter Donc mette husen ende boomen diere up staen".
In 1534 is er sprake van "den grooten goede"; daarnaast is er ook een Klein Hof of "'t Minste goed" van Sint-Jan, gelegen op het huidige grondgebied van Donk. De kaart van Pieter Pourbus (1561-1571) geeft geen duidelijke gebouwenconstellatie weer op de plaats van de hoeve. Een kaart van Donk van 1682 vermeldt "Hospitael Sint-Jans huys" en geeft een bouwvolume weer, doch het is niet zeker of dit het Groot Hof betreft. Een kaart van circa 1700 toont de omwalde site met twee haaks op elkaar geplaatste bouwvolumes, vermoedelijk woonhuis met aanpalende stal (noord) en losstaande schuur (west).
Op een kaart van 1760 wordt dezelfde configuratie van de "bewalde hofstede met de landen, bosschen, veldt ende meersch" weergegeven, met oostelijke toegang tot de omwalde site en een moestuin ten noorden van het woonhuis. De Ferrariskaart (1770-1778) geeft het omwalde goed weer met de vermelding "Hospitael Goedt" ten zuiden van het gehucht "Doorenstraete".
Na de Franse Revolutie worden de gronden van het Sint-Janshospitaal ondergebracht bij de Commissie van Openbare Onderstand (C.O.O.), het latere OCMW te Brugge. Het Groot en het Klein Hof van Sint-Jan maken deel uit van die gronden.
In 1807 maakt een bouwfysisch inspectieverslag van de hoeve gewag van de slechte toestand van de daken van de paarden- en koeienstal en van de schuur, doch de nodige herstellingswerken worden door het Frans bestuur geweigerd.
Circa 1810 zijn twee nieuwe bijgebouwen op het erf opgetrokken, onder meer centraal op het erf een bakhuis en een bijgebouw ten noorden van het woonhuis. Het rijk geïllustreerde archief van het Sint-Janshospitaal vermeldt diverse onderhouds- en herstellingswerken in de periode 1819-1927.
Eerste vermelding als hoeve "Keizersput" op de Atlas der Buurtwegen (1845) en op de kaart van P. Vander Maelen (1850), naar verluidt z.g. als verwijzing naar de hier gelegen drenkplaats.
In 1858-1860 bouw van nieuwe veulenstal en twee varkensstallen en vergroting van de koeienstal; tevens herstelling van de schuur.
In 1870 bouw van nieuwe varkensstallen ten noorden van het woonhuis; in 1872 aanpassing van de oude paardenstal tot koeienstal en bouw van een nieuwe paardenstal; in 1873 vernieuwen van de achterkeuken van het boerenhuis.
In 1883 plaatsen van een ijzeren hek aan de erftoegang ter vervanging van een houten hek.
In 1891 omvorming van de oude schaapstal tot varkensstal. In 1897 wordt het oud bakhuis op het erf afgebroken en vervangen door een nieuw.
In 1933 wordt de hoeve met de bijhorende landerijen door de Commissie Openbare Onderstand verkocht aan de Zusters van Liefde uit Gent, onder voorwaarde dat een nieuw gebouw voor het sanatorium langs de Gentse Steenweg wordt opgericht op de voormalige landerijen van de hoeve, zie vermelding met bijhorend grondplan in de verkoopsakte (zie Gentse Steenweg nummers 120-132).
In 1967 ondergaan de hoevegebouwen enkele wijzigingen : het boerenhuis krijgt een noordelijke, haakse aanbouw, de schuur wordt uitgebreid aan west- en zuidzijde, bouw van een klein bijgebouwtje ten oosten van de schuur dat echter kort erna wordt afgebroken. Tevens gedeeltelijke demping van de walgracht aan de westzijde.
In 1974, wanneer de hoeve eigendom is van vzw Elisabethziekenhuis, uitbreidingswerken aan de schuur en aan het bijgebouw ten noorden van het woonhuis.
Hoeve met losstaande bestanddelen omheen deels gekasseid erf omzoomd door knotbomen. Restanten van walgracht aan noord-, oost- en zuidzijde. Ertoegang aan oostzijde gemarkeerd door ronde, zware bakstenen pijlers waartussen ijzeren hek, geplaatst in 1883, en een jonge welkomstlinde.
Witgekalkte en verankerde hoevegebouwen met gepekte plint onder pannen zadeldaken. Boerenhuis met aansluitende stalvleugel en losstaande schuur opklimmend tot minimum het begin van de 18de eeuw. Aan noordzijde, gescheiden van het erf door betonnen afsluiting, boerenhuis van drie traveeën met twee opkamertraveeën aan oostzijde onder zadeldak (nok evenwijdig met erftoegang; mechanische pannen). Nieuwe dakkapellen. Getoogde muuropeningen; luiken. Deels beglaasde deur met rechthoekig bovenlicht. Mosegat. Het interieur van het boerenhuis is volledig gerenoveerd in de jaren 1960, vermoedelijk bij het optrekken van de noordelijke aanbouw van 1967. In woonkamer bewaarde moerbalk met fraaie balksleutel voorzien van voluut- en zaagtandmotief. Kelder van twee traveeën onder opkamer, afgedekt door tongewelf.
Aansluitend bij het boerenhuis aan de westzijde, lagere stalvleugel (koeien- en paardenstal) onder zadeldak met Vlaamse pannen (nok evenwijdig met boerenhuis), uitgebreid circa 1858-1860. Centraal recenter dakvenster met laaddeur. Tweeledige staldeuren en nieuwe rechthoekige poortopeningen.
Aan westzijde van het erf, losstaande langgestrekte dwarsschuur, naar verluidt voorheen beplankt en voorzien van strodak (nok loodrecht op boerenhuis; Vlaamse pannen). Rechthoekige poort onder verhoogde klimmende dakoverstek; recenter dakvenster met laaddeur en kleine gevelnis met heiligenbeeldje. Vierkante muuropeningen met roedeverdeling; getoogde deurtjes. Recentere aanbouwen aan zuid- en westzijde. Binnenin vermoedelijk 18de-eeuwse hoge schaargebinten waarop gordingenkap met spantbenen, hanenbalk en geschoorde nokstijl met pen- en gatverbinding.
Centraal op het erf, kleine paardenstal onder pannen zadeldak (nok evenwijdig met boerenhuis) opgetrokken in 1872.
Aan noordzijde, losstaand bakhuis onder zadeldak met Vlaamse pannen, opgetrokken in 1897 op de plaats van een begin 19de-eeuws bakhuis.
Bron: CALLAERT G. & HOOFT E. met medewerking van SANTY P. & SNAUWAERT L. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Damme, Deel I: Stad Damme, Deelgemeenten Hoeke, Lapscheure en Moerkerke, Deel II: Deelgemeenten Oostkerke, Sijsele en Vivenkapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL17, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Hooft, Elise; Callaert, Gonda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Awalstraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Groot Hof van Sint-Jan [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/78939 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Damme
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.