is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Sint-Pieters met kerkhof
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Parochiekerk Sint-Pieters met omgeving
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Sint-Pieter
Deze vaststelling was geldig van tot
Georiënteerde dorpskerk binnen een ommuurd kerkhof. In oorsprong vroeggotische kerk, die in de loop der tijden gewijzigd werd. Bakstenen kerkhofmuur met steunberen. Pad van de straat naar de kerk afgezoomd door ijzeren hekwerk, dat tevens toegang geeft tot het kerkhof. Ten noordoosten graven van het Gemene Best. Tegen de kerkhofmuur gedenkteken voor de oorlogsslachtoffers. Tegen de westzijde van de noordelijke zijbeuk Christus aan het kruis onder houten afdakje. Het oorspronkelijke beeld hangt thans in de kerk. IJzeren afsluiting. Het kruis wordt omringd door grafstenen van pastoors van Outrijve.
963: oudste vermelding van de kerk van Outrijve in geschreven bronnen: Koning Lotharius bevestigde de Gentse Sint-Pietersabdij in het bezit van haar goederen, waartoe de "terram in Alta ripa cum ecclesia" hoorde.
13de eeuw: het vermoedelijk eerste bedehuis wordt vervangen door een eenbeukig kerkje opgetrokken in Doornikse kalksteen. Het metselwerk is nog zichtbaar aan weerszijden van de toren.
14de eeuw: bouw van de westtoren bestaande uit drie geledingen.
15de eeuw: bouw van een noord- en zuidkapel, respectievelijk toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw en aan Sint-Pieter. De Onze-Lieve-Vrouwkapel was de grafkapel van de heren van Outrijve, die er een grafmonument oprichtten (heden verdwenen). De zuidelijke kapel bleef gedeeltelijk behouden, zie bouwnaad in de zuidelijke langsgevel.
16de eeuw: tijdens de godsdienstoorlog wordt de kerk gedeeltelijk verwoest. Dit was voornamelijk te wijten aan het feit dat vlak naast de kerk een vesting was die bezet werd door de geuzen en herhaaldelijk wordt ingenomen door Spaanse legereenheden.
1618: ten gevolge van de zware verwoestingen wordt de kerk hersteld en uitgebreid met een zuidbeuk. Een deel van de westgevel wordt opgetrokken in gerecupereerde Doornikse kalksteen. Er worden ook drie nieuwe altaren geplaatst, die in 1620 worden gewijd door de bisschop van Doornik. 1625: herstellen van het koor. 1694: kerk wordt tijdens de negenjarige oorlog (1688-1697) leeggeroofd.
1788: bouw van noordbeuk.
1860: de kerktoren wordt beschadigd door blikseminslag.
1904: bouw van de sacristie ter vervanging van de bestaande sacristie, thans Sint-Pieterskapel. 1908: herstellen van het 18de-eeuwse dak en de torenspits onder leiding van architect M. Desmet (Aalst).
Eenvoudig bedehuis deels opgetrokken in natuursteen en deels in baksteen. De verscheidenheid van materialen en de bouwnaden verwijzen naar de talrijke verbouwingen die de kerk onderging. De plattegrond ontvouwt een driebeukige hallenkerk van vier traveeën, voorafgegaan door een vierkante westtoren. Vijfzijdig koor met drie spitsboogvensters. Achter de zuidbeuk Sint-Pieterskapel op rechthoekig grondplan. Aansluitend op de noordbeuk sacristie. Natuurstenen 14de-eeuwse westtoren van drie geledingen onder ingesnoerde leien torenspits. Hoeken gemarkeerd door 19de-eeuwse op elkaar gestelde verjongende steunberen. Gevelgeleding door waterlijsten. Eerste geleding met verdiept spitsboogportaal met zuiltjes in de dagkanten. Derde geleding met gekoppelde galmgaten. Zuidbeuk opgetrokken in bak- en natuursteen. Gevel geritmeerd met gedrukte spitsboogvensters en één rondboogvenster; tussen travee drie en vier (west naar oost) natuurstenen hoekketting. Bakstenen noordbeuk op natuurstenen plint. Gevelritmering door rondboogvensters. Aflijnende muizentandfries. Westpuntgevel met jaaranker 1788. Sacristie met drie licht getoogde vensters gevat in spitsboognis met arduinen negblokken.
Gedeeltelijk bepleisterd en witgeschilderd interieur. Toren met vier geschilderde kraagstenen ter ondersteuning van het kruisribgewelf met voorstelling van de symbolen van de vier evangelisten (15de eeuw). Schip geritmeerd door natuurstenen spitsboogvormige scheibogen op ronde zuilen met achtzijdige sokkel en bladkapiteel voor de zuidbeuk en Toscaans kapiteel voor de noordbeuk. Overdekking door houten tongewelven afgelijnd door eenvoudig lijstwerk. Vloeren van natuursteen.
Mobilair. Hoofdaltaar met arduinen mensa en witstenen voetstuk met voorstelling van de geboorte van Christus, aanbidding van de herders en de drie koningen (1900), tabernakel met vergulde deurtjes. Zijaltaren: neogotisch Sint-Pietersaltaar, retabel met in de nissen voorstellingen: Roeping van de Heilige Petrus, de Heilige Petrus zegenend en Jezus overhandigt Petrus de sleutels (einde 19de eeuw); neogotisch altaar Onze Lieve-Vrouw van Lourdes (1910). Twee eikenhouten biechtstoelen. Zuidelijke biechtstoel met versierd bovenvlak met medaillon waarin buste van de Heilige Petrus biddend (laatste kwart 19de eeuw); noordelijke biechtstoel met in fronton medaillon met buste van Boetvaardige Maria Magdalena (begin 19de eeuw). Eikenhouten [volgens Witdouck mahoniehouten] preekstoel met medaillon voorstellend Christus de Goede Herder draagt het schaap op zijn schouders, opzij paneel met trofee van voorwerpen uit het Oude en Nieuwe testament (1780-1790). Koorgestoelte (einde 18de eeuw): noordelijk deel met trofee van pauselijke symbolen; zuidelijk deel met trofee van attributen van David Koning psalmdichter. Doksaal met van Peteghem-orgel (1741); engelenkopje onder balustrade (18de eeuw). Geelkoperen doopvont, deksel met kruis en wereldbol (15de-eeuws). Beeldhouwwerk. Verschijning van de engel aan Petrus in de gevangeniscel van de Antoniaburcht in Jeruzalem naar ontwerp van May Claerhout (1961); Heilige Rochus van Montpellier (17de eeuw); Jezus aan het kruis (18de eeuw). Schilderij "Kroning van Maria door de Heilige Drievuldigheid" (19de eeuw); "Tenhemelopneming van Maria: Het bloemwonder bij het ledige graf" (19de eeuw). Glasramen (1900) in het schip vervaardigd door de werkhuizen Dobbelaere (Brugge): afbeeldingen van Heilige Petrus, Heilige Bruno, Heilige Camillus, Sint-Jan de Doper, Mater Dolorosa, Heilige Rosalia, Heilige Fransiscus, Heilige Apollonia; glasramen koor: verrijzenis, hemelvaart, Pinksteren.
Bron: DE GUNSCH A. & DE LEEUW S. met medewerking van CALLENS T. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Avelgem, Deelgemeenten Avelgem, Bossuit, Kerkhove, Outrijve en Waarmaarde, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL23, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: De Gunsch, Ann; De Leeuw, Sofie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
De kerk met het omgevende, ommuurde ovalen kerkhof van Outrijve staat aangeduid op de Ferrariskaart uit 1771-1778. Die situatie wijzigde niet tot vandaag.
Ommuurd beboomd en deels vergroend kerkhof omheen de parochiekerk. De bakstenen kerkhofmuur is afgedekt met natuursteen. Een gietijzeren hekken scheidt de toegangsweg naar het westportaal van de kerk van het eigenlijke kerkhof. Op het kerkhof bleef een overzicht bewaard van graftekens daterend van de late 19de eeuw tot de naoorlogse periode. Tot de oudste hardstenen graftekens behoren die voor de pastoors nabij de overluifelde calvarie en gelegen achter een ijzeren hekken. Daarnaast zijn er kruisvormige stèles met graftuinen in neogotiek en eclecticisme. Uit het interbellum en de naoorlogse periode stammen de hardstenen graftekens bestaande uit een stèle en (verhoogde) zerk uitgevoerd in een sober gedecoreerde art deco en modernisme. Verschillende graftekens werden van steensculptuur voorzien terwijl porseleinen applicaties eerder beperkt zijn. Er bleef een eivormige graftrommel bewaard. Opmerkelijk zijn het grote aantal vooral witmarmeren losstaande gedenkplaten. Op een ereperk rusten gesneuvelde soldaten uit de Eerste Wereldoorlog onder de typische natuurstenen gedenktekens van The Commonwealth War Graves Commission.
Het kerkhof werd bezocht in 2017.
Het orgel werd gebouwd door Pieter van Peteghem in 1741. Het is afkomstig uit de parochiekerk van Ouwegem (nabij Oudenaarde); het was wellicht voor die kerk gebouwd. De overplaatsing naar Outrijve is te schatten rond 1867.
In Outrijve onderging het instrument meerdere wijzigingen, te beginnen bij de overplaatsing (door K. van Thuynen, een tot nog toe niet bekende orgelbouwer).
In 1871 geschiedde onderhoudswerk door Pieter Haelvoet; in 1905 een nieuwe blaasbalg, installatie occasie-klavier en kuisbeurt door Théophile-Adolphe Delmotte.
Door oorlogsfeiten werden enkele pijpen beschadigd in 1918. In 1922 volgden herstellingen door François Joris en in 1961 door Paul Anneessens.
Een herstelling (een poging tot gedeeltelijke reconstructie van de toestand van 1741) werd uitgevoerd in 1989, door Philippe Busschaert.
Is deel van
Sint-Pietersstraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Pieters met kerkhof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/79332 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.