Belangrijke gesloten hoeve met kern uit het midden van de 17de eeuw. Als gesloten hoeve aangeduid op de Ferrariskaart (1771-1777) en in de Atlas van de Buurtwegen (1841-1844); het huidige gebouw behield de inplanting zoals op laatstgenoemde kaart aangegeven, doch alleen het woonhuis is nog oorspronkelijk; de overige gebouwen werden in de 20ste eeuw grondig vernieuwd, met behoud van de oorspronkelijke volumes.
Bakstenen gebouwen onder zadeldaken (Vlaamse pannen, mechanische pannen over de vleugel aan straatzijde), gegroepeerd rondom een vierkant erf, bereikbaar via een rondboogvormige, bakstenen inrijpoort in de stalvleugel aan straatzijde. Stal achteraan het erf (noordwesten) en dwarsschuur (noordoosten) tegenover het woonhuis, afwijkend van de gebruikelijke schikking.
Woonhuis ten zuidwesten van het erf (nok loodrecht op de straat), een hoog, smal gebouw van één bouwlaag onder steil zadeldak, de gevels aan straatzijde van lichtblauwgekalkte baksteen, de erfzijdegevel van overschilderd stijl- en regelwerk met ankerbalkgebint. Het zuidgedeelte aan straatzijde is de onderkelderde opkamer (twee getraliede keldergaten in de zijgevel), waar zich de stookplaats bevond in de scheidingsmuur met het aansluitende vertrek. Smeedijzeren muurankers, S-vormig en met krullen. De muuropeningen aan erfzijde zijn aangepast. In de achtergevel bevindt zich een venster waarschijnlijk van hergebruikt materiaal (hardstenen omlijsting met sponningbeloop, voorheen beluikt). De zijgevel aan straatzijde is voorzien van drie ronde uilengaten en een aandak met muurvlechtingen.