Door een grote acacia beschaduwde, langgestrekte hoeve zogenaamd Melskens, naar Joseph Melskens, die hier tussen 1857 en zijn dood in 1880 woonde, met ordonnantie: stal(?)-woonhuis-stal-dwarsschuur-stal; drie (?) woonhuistraveeën en één bouwlaag, onder zadeldak (nok loodrecht op de straat, Vlaamse pannen) met daklijstbalkjes, afgewolfd aan straatzijde, in kern teruggaand tot de 18de eeuw.
Waarschijnlijk gebouwd door de teutenfamilie Theunissen. Aangeduid op de Ferrariskaart (1771-77) als een complex van drie losstaande gebouwen met centraal het rechthoekige woonhuis, een vierkant gebouwtje ten noorden en een rechthoekig gebouwtje ten zuidoosten, haaks op de woning.
In de Atlas van de Buurtwegen (1845) komt nagenoeg dezelfde configuratie voor met het noordelijk gebouwtje nu rechthoekig, vermoedelijk een schuur, en het zuidoostelijk gebouwtje nu vierkantig, vermoedelijk een bakhuis. Verankerde bouw van handgevormde baksteen met deels bewaard houtwerk. Rechthoekige vensters, onder houten lateien bij middelste voormalige stal; links, getoogd stalvenstertje met ijzeren roedeverdeling. Rechthoekige deur in houten kozijn. Rechter zijgevel met luik in dito kozijn. Achtergevel met getoogde en rechthoekige muuropeningen, veelal onder houten lateien; één beluikt venster. Gecementeerde ronde waterput achteraan.
- DEGEEST M., Ontmoeting met Hamont-Achel, ons stadje vandaag, Hamont-Achel, 2001,p. 36.
- S.N., Grevenbroeker Echo's, 27, 1999, p. 26-34, afbn.