Wat achterin aan een aarden weggetje gelegen, door een oude linde beschaduwde, leegstaande en vervallen, langgestrekte hoeve met ordonnantie: woonhuis met enkelhuisopstand van drie traveeën en één bouwlaag-stal-dwarsschuur-stal, onder zadeldak (nok loodrecht op de straat, mechanische pannen), uit eind 19de eeuw - begin 20ste eeuw.
Veelal van hoefijzervormige ankers voorziene baksteenbouw op gecementeerde plint; grotendeels bewaard houtwerk onder meer enkele kozijnen. Aflijnende overhoekse muizentand. Beluikte rechthoekige muuropeningen op gecementeerde lekdrempels onder houten lateien. Rechts van eerste staldeur, gedichte muuropening onder I-balk. Links stalvenstertje met ijzeren, rechts met houten roedeverdeling. Linker zijpuntgevel met rechthoekige deur onder I-balk. Rechter zijpuntgevel met rechthoekig uilengat en latere rechtse aanbouw, stal, onder lessenaarsdak (golfplaten). Later opgemetselde achtergevel.
Achteraan, losstaand parallel dienstgebouw onder zadeldak (mechanische pannen).