Drie dorpswoningen met dubbelhuisopstand; respectievelijk drie, vijf en vier traveeën en één bouwlaag onder geknikt zadeldak (nok evenwijdig aan de straat, kunstleien en mechanische pannen), uit de tweede helft van de 19de eeuw of begin 20ste eeuw.

Verankerde baksteenbouw op al dan niet beschilderde gecementeerde plint, met grotendeels bewaard houtwerk en aflijnende overhoekse en rechte muizentand. Getoogde, bij nummer 19 beluikte, muuropeningen op beschilderde gecementeerde en hardstenen lekdrempels. De bredere vensters van nummer 12 en het gebruik aldaar van rodere baksteen voor boogruggen en muizentand wijzen op een iets latere bouwperiode. Eenvoudiger zijgevels met analoge, deels aangepaste, deels gedichte muuropeningen. Bij nummer 14 was in maart 2000 de renovatie van de achtergevel aan de gang. Nummer 19 met rechtse staldeur, haakse L-vormige aanbouw achteraan en recente garage.