Rechts door drie oude bomen beschaduwde, alleenstaande, hoeve met ordonnantie: paardenstal-dwarsschuur-koeienstal-woonhuis met dubbelhuisopstand; drie woonhuistraveeën en één bouwlaag onder zadeldak (nok evenwijdig aan de straat, mechanische pannen en kunstleien links), van circa 1918-20, volgens kleindochter van bouwers.

Verankerde cementsteenbouw op gecementeerde plint; grotendeels bewaard houtwerk. Ritmerende lisenen bij woonhuis en aflijnende overhoekse muizentand. Beluikte getoogde muuropeningen op gecementeerde lekdrempels. Dienstgedeelte met rechthoekige muuropeningen. Bewaarde staldeuren, waarvan één onder houten latei, en schuurpoort. Eenvoudiger zij- en achtergevels. Linker zijpuntgevel met rond uilengat en originele aanbouw onder lessenaarsdak (golfplaten), heden houtberging. Rechter zijpuntgevel met twee getoogde vensters in geveltop en één rechthoekige benedenvenster boven een betralied getoogd keldergat. Achtergevel met rechte muizentand. Achteraan het woonhuis, originele aanbouw onder doorlopend dakschild. Achteraan dienstgedeelte, latere aanbouwsels onder lessenaarsdaken (golfplaten en mechanische pannen).