Ten zuiden door twee oude acacia’s beschaduwde, alleenstaande langgestrekte hoeve met ordonnantie: dwarsschuur-koeienstal-woonhuis met dubbelhuisopstand-later woonhuis met enkelhuisopstand; aanvankelijk vijf, thans zeven traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (nok parallel aan de straat, Vlaamse en mechanische pannen), het oudste gedeelte van 1886, confer jaartalankers, de twee rechtertraveeën volgens bewoner van 1947-48, confer onder meer lichtere baksteenkleur. De hoeve is mogelijk ouder in kern, aangezien op de Ferrariskaart (1771-77) en in de Atlas van de Buurtwegen (1845) aan deze kruising van wegen al een langgestrekte hoeve opduikt.
Bij het oudste gedeelte verankerde baksteenbouw op beschilderde gecementeerde plint; grotendeels bewaard houtwerk uit de respectievelijke bouwperioden. Aflijnende overhoekse muizentand, bij het oudste gedeelte aangevuld met een rechte muizentand. Beluikte rechthoekige muuropeningen op beschilderde gecementeerde lekdrempels bij het oude, op afgeschuinde bakstenen lekdrempels bij het nieuwe deel. Staldeur onder houten latei. Korfboogvormige schuurpoort van een dubbele rollaag en een platte laag.
Oostelijke zijpuntgevel van snelbouwsteen. Achtergevel met analoge muuropeningen onder houten lateien en aanbouw van cementsteen onder doorlopend dakschild, waarschijnlijk stallen. Ronde gecementeerde waterput achteraan.