Achteraan door sierdennen beschaduwd, georiënteerd, neogotisch bakstenen bedehuis van één travee met driezijdige sluiting, onder zadeldak (kunstleien) met vierkant westelijk dakruitertje met bekronend ijzeren kruis en windhaan, uit de tweede helft van de 19de of begin 20ste eeuw.
Puntgevelvormige en rechthoekige spaarvelden. Spitsboogportaal met bewaard houtwerk en sierlijke ijzeren roedeverdeling met deels gekleurd glas en inscriptie in bovenlicht: MAR. Gecementeerde spitsboognis in geveltop, met sluit- en aanzetstenen, alsook gipsen Onze-Lieve-Vrouwebeeldje. Zijgevels met telkens één van ijzeren roedeverdeling voorzien spitsboogvenstertje op latere bakstenen lekdrempel. Blinde sluiting.
Interieur met bepleisterd en beschilderd tongewelf, rustend op latere bakstenen wanden, alsook met bewaarde cementtegelvloer.
Mobilair: gipsen Onze-Lieve-Vrouwebeeld op houten altaar.