In de volksmond zogenaamd Groot huis, in contrast met het zogenaamde Klein huis, volgens mededelingen door E.H. Piet Lauwers. Stadswoning, heden beneden als kapsalon in gebruik. Hoekhuis met dubbelhuisopstand; drie traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (nok evenwijdig aan de straat, kunstleien) met van vlechtingen voorzien westelijk aandak, uit de eerste helft van de 20ste eeuw.
Baksteenbouw op gecementeerde plint met een paar betraliede rechthoekige keldergaten; vernieuwd houtwerk doch behouden geprofileerde kroonlijst op dito consoles. Licht getoogde muuropeningen op beschilderde bepleisterde lekdrempels in bakstenen omlijstingen met beschilderde bepleisterde aanzetstenen onder dito druiplijsten. Een westelijke zijpuntgevel met achtzijdig venster in geveltop in beschilderde bepleisterde omlijsting, gewone, krulankers met dito spie en X-vormig anker aan schouw. Achtergevel met analoog anker en recente lage aanbouw.
LAUWERS P., Meegedeelde gegevens, Peer, 2001.
STINISSEN J., Huizen en mensen van Peer-centrum van ca. 1650 tot 1795, Peer, 1997, p. 44-45, afb. 23 op p. 186 (met eigenaarsgeschiedenis van het voormalige pand).
Bron: PAUWELS D. 2005: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Maaseik, Kanton Peer, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 19n3, Brussel - Turnhout. Auteurs: Pauwels, Dirk Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
