Ten westen aan straatzijde door drie oude linden beschaduwde, wat achterin gelegen, langgestrekte hoeve met ordonnantie: woonhuis-stal-dwarsschuur, laatstgenoemde blijkbaar tot stal omgevormd; elf traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (nok loodrecht op de straat, mechanische pannen), uit eind 19de of begin 20ste eeuw. Gecementeerde ronde waterput voor het woonhuis.
Verankerde, voor- en achteraan met een rechte muizentand afgelijnde baksteenbouw op beschilderde gecementeerde plint (bij woonhuis en stal) met één betralied rechthoekig keldergat; deels bewaard houtwerk. Getoogde vensters en latere rechthoekige stalvensters. Twee voordeuren, de linkse rechthoekig en met gecementeerde dagkanten, de rechtse getoogd. Staldeur en schuurpoort onder houten lateien. Vooraan rechts, latere aanbouw van snelbouwsteen onder lessenaarsdak (golfplaten). Cementstenen westelijke zijpuntgevel op bakstenen sokkel. Verspringende, deels aangepaste achtergevel met rechthoekige muuropeningen.
Aan de overzijde van het erf, cementstenen dienstgebouw onder dito bedaking.
- B.P.A. "Herwaardering oude landbouwnederzettingen". Selectie van sites op te nemen in de eerste fase van het B.P.A., onuitg. studie, Peer, 2001, nr. PE48, afbn.