Teksten van De Jonggezellenmolen van Yvegem en hoeve

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/81535

Jonggezellenmolen en hoeve ()

De molensite bestaat uit een 19de-eeuwse hoeve samengesteld uit een woonhuis met vernieuwd parement in het noorden, een schuur- en stalvleugel in het westen en een nutsgebouw met aansluitend de molenromp van de "Jonggezellenmolen van Yvegem" in het zuiden.

In juni 1848 verleende de bestendige deputatie van West-Vlaanderen de toestemming om een stenen graan- en oliemolen op te richten op een perceel op de hoek van de Heirbaan en de Klijtberg. De molen werd gebouwd door Jan Derijcke, die zich volgens het onderzoek van Denewet, Verschuere en Holemans zou opgehangen hebben aan een balk waarop heden de inscriptie met zijn naam staat. Kort nadien koopt Constant Ottevaere de molen. Wanneer in 1920 Piet Demeulemeester de molen koopt, wordt de molen omgebouwd tot een elektrische maalderij. In 1925 wordt de molen onttakeld en wordt de conische molenromp bovenaan met beton afgedicht. Na zijn overlijden bleven de kinderen Maurice en Marie-Madeleine er samen werken en wonen. Beiden bleven ongehuwd zodat de molen vandaag nog bekend staat als de "jonggezellenmolen".

Aan de zuidzijde van het onverharde erf staat een molenromp met aanleunend een verankerd bakstenen nutsgebouw onder zadeldak. De molenromp gaat terug op een stenen windmolen van het type grondzeiler en werd gebouwd omstreeks 1848. De conisch molenromp van rode baksteen wordt gekenmerkt door boven elkaar gestelde ijzeren vensters onder strek. De molen werd grotendeels leeggehaald in 2000. Enkele onderdelen vonden nadien hun weg naar de Goethalsmolen in Wakken.

Het molenaarshuis betreft een verankerde baksteenbouw onder een leien zadeldak. De straat- of noordgevel werd voorzien van een nieuw gevelparament. Een cementbezetting met imitatievoegen kenmerkt de oostelijke zijgevel.

Haaks op de zuidwesthoek van het molenaarshuis staat een verankerde bakstenen schuur- en stalvleugel onder pannen zadeldak. De langsgevel aan de straat- of westzijde is gesloten. In de zuidelijke zijgevel steekt een segmentvormige laaddeur.

  • DEVLIEGHER L. 1984: De molens in West-Vlaanderen, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, deel 9, Tielt, 166-117.
  • S.N. 1959: Dit is West-Vlaanderen, deel 1, Sint-Andries, 31.

Auteurs:  Becuwe, Frank; Lenaerts, Tom; De Gunsch, Ann; De Leeuw, Sofie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: De Jonggezellenmolen van Yvegem en hoeve [online], https://id.erfgoed.net/teksten/360622 (geraadpleegd op ).


Hoeve en molen De Jonggezellenmolen van Yvegem ()

Hoeve met 19de-eeuws uitzicht samengesteld uit woonhuis met vernieuwd parement ten noorden, schuur ten westen en nutsgebouw met aansluitend molenromp ten zuiden.

Molen zogenaamd "De Jonggezellenmolen van Yvegem" opgebouwd in 1848 in opdracht van J. Derycke. Aanvankelijk opgericht als windmolen waaraan circa 1850 een oliepletterij wordt toegevoegd. In 1925 wordt de molen van zijn wieken ontdaan en omgevormd tot een elektrische maalderij. Thans niet meer in gebruik. Deels gecementeerde molenromp van rode baksteen getypeerd door boven elkaar gestelde ijzeren vensters onder strek.

  • DEVLIEGHER L. 1984: De molens in West-Vlaanderen, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, deel 9, Tielt, 166-117.
  • S.N. 1959: Dit is West-Vlaanderen, deel 1, Sint-Andries, 631.

Bron: DE GUNSCH A. & DE LEEUW S. met medewerking van CALLENS T. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Anzegem, Deelgemeenten Anzegem, Gijzelbrechtegem, Ingooigem, Kaster, Tiegem en Vichte, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL27, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs:  De Gunsch, Ann; De Leeuw, Sofie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: De Jonggezellenmolen van Yvegem en hoeve [online], https://id.erfgoed.net/teksten/81535 (geraadpleegd op ).