is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Huis Groeninghe
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Neobarok woonhuis
Deze bescherming is geldig sinds
is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Dijver, Arentshuis, Gruuthuse en Onze-Lieve-Vrouwekerk met omgeving
Deze vaststelling is geldig sinds
is deel van de aanduiding als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Dijver, Arentshuis, Gruuthuse en Onze-Lieve-Vrouwekerk met omgeving
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Neobarok woonhuis
Deze vaststelling was geldig van tot
is deel van de aanduiding als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Dijver, Arentshuis, Gruuthuse en Onze-Lieve-Vrouwekerk met omgeving
Deze bescherming was geldig van tot
Gelegen aan de hoek met Dijver. "DIT IS IN / GROENINGHE", zie cartouches. Beeldbepalend, neobarok breedhuis van vier + drie traveeën en drie bouwlagen onder leien zadeldak; deels aanpalend en vooruitspringend op de nieuwe rooilijn, hoekpand van drie + één travee waarvan de onderbouw echter opgevat is als open voetgangersgalerij en de bovenverdieping gemarkeerd wordt door een uitgewerkte erker. In 1902, aankoop door Stad van één hoekpand aan Dijver en drie woningen in Eekhoutstraat ten voordele van straatverbreding. In 1904-1905, bouw van huidig pand als "Kunstige Herstelling" naar ontwerp van architect C. De Wulf (Brugge), als toepassing van de principes van C. Sitte, zie belang van het perspectief vanuit de erker naar het Belfort. Na de dood van de architect in 1904 neemt architect J. Viérin (Brugge) het werk over en gebruikt het afgewerkte pand als eigen woning.
Gevels in rijk uitgewerkte neobarokstijl, enerzijds getypeerd door contrasterende materialen id est combinatie van baksteen van Zandvoorde, blauwe hardsteen "petit granit" en Euvillesteen; anderzijds kenmerkend voorkomen van in- en uitgezwenkte gevelbekroningen aan erker, kruiskozijnen, cartouches met onder meer afbeelding van ton, zie huisnaam van de in 1902 afgebroken woning en in de zijtrapgevel met centrale Mariafiguur tussen de opschriften "O.L.VROUW / VAN GROENINGHE"; voorts ook geblokte ontlastingsbogen met mascarons, oculi in omlijstingen met druiplijst, uitkragende rondboogfriezen en vensterbalustrades. Rondbooggalerij op arduinen zuilen en pilasters, aan de Eekhoutstraat op de bovenverdieping extra geaccentueerd door de op korfbogen uitkragende erker waarvan de beglaasde voorzijde met kleine roedeverdeling afwijkt van het "historische" patroon.
Links van woning, muur met rondboogpoort naar koertje met neobarok puntgeveltje geritmeerd door Brugse travee, type I en tudorboogpoort.
Interieur. Op de begane grond gepolychromeerde schouw naar gotisch model met op elke wang twee figuren; mijter met decoratief motief waarin initialen van architect J. Viérin verwerkt zijn.
Bron: GILTÉ S., VANWALLEGHEM A. & VAN VLAENDEREN P. 2004: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Middeleeuwse stadsuitbreiding, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nb Zuid, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje; Van Vlaenderen, Patricia
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)