Gelegen aan de hoek met Eekhoutpoort. Breedhuis van vier traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (Vlaamse pannen), uit de 18de eeuw, en aan de Eekhoutpoort, dwarsvleugel van vier traveeën. Rechts, overbouwde doorgang naar Eekhoutpoort; leidt tot circa 1800 naar de Eekhoutabdij. Gedecapeerde lijstgevel van baksteen op bepleisterde plint; stenen kordon en daklijst onder houten kroonlijst. Rechthoekige vensters onder strek; verzorgde, trapezoïdale, houten erker van 1919 met onder meer kroonlijst op modillons boven huidige deur en venster in de linker travee. Voetenschraper.

Rondboogvormige poortomlijsting van kwarthol, geprofileerde arduinblokken met niet nader te identificeren steenhouwersmerken en sluitsteen met jaartal "1790"; bekronende arduinen nis met Mariabeeld, waaronder cartouche met opschrift "SANCTE AUGUSTINE / CANON VITAE CANONICAE / ORA PRO NOBIS DEUM", refererend aan de patroon van de orde.

Zwaar verbouwde haakse vleugel met bakstenen puntgevel achteraan; in oorspronkelijke toestand afgebeeld op een tekening van Eekhoutabdij door J. Beerblock (vierde kwart van de 18de eeuw).

Interieur. Bewaarde balklagen met moer- en kinderbalken. Op de bovenverdieping, schouw met versierde boezem. Dakgebinte met drie eikenhouten schaargebinten aan straatzijde.