Belangrijke, gesloten hoeve. De inplanting is oud: reeds op de Ferrariskaart (1771-1777) wordt de hoeve als gesloten aangeduid, zoals in de Atlas van de Buurtwegen (1841-1844). Een gesmeed ijzeren, S-vormig muuranker in de erfzijdegevel van het woonhuis verwijst mogelijk naar een 17de-eeuwse kern.

De huidige gebouwen dateren uit het begin van de 19de eeuw, de dwarsschuur is naar verluidt gedateerd 1859, doch waarschijnlijk verwijst deze datering slechts naar de verhoging van het gebouw en de verbouwing van de poort; het poortgebouw is op de sluitsteen van de inrijpoort gedateerd 1860 doch ook hier gaat het mogelijk slechts om een verbouwing; de initialen G.N. verwijzen naar de naam van Gerardus Notelaers, de toenmalige eigenaar; de hoeve is nog steeds eigendom van deze familie. In dezelfde periode wordt het woonhuis met een halve bouwlaag verhoogd. In de loop van de tweede helft van de 19de eeuw, mogelijk aansluitend op de hogervermelde verbouwingen, wordt de hoeve gesplitst; een muur wordt doorheen het erf getrokken, en de voormalige stal aan de noordzijde wordt als woonhuis ingericht.

Bakstenen gebouwen onder zadeldaken (Vlaamse en mechanische pannen) gegroepeerd rondom een rechthoekig, gekasseid erf met mestvaalt achteraan, vóór de stallen. Het erf is bereikbaar via een gekasseide oprit en een rondboogvormige, bakstenen inrijpoort met hardstenen schamppalen, imposten en sluitsteen met opschrift G.N./ 1860.

Links van het erf (zuiden), het woonhuis van vier traveeën en thans twee bouwlagen. De oude kern wordt aangeduid door de laatclassicistische ordonnantie uit begin 19de eeuw: rechthoekige vensters en deuren in een vlakke kalkstenen omlijsting, de benedenvensters voorheen beluikt. De bovenvensters van het woonhuis dateren van circa 1860 (hardstenen lateien en lekdrempels), die aan erfzijdegevel zijn nog recenter (baksteen).

Stallen van vier traveeën en anderhalve bouwlaag, aansluitend bij het woonhuis, en voorzien van de oorspronkelijke, laatclassicistische zoldervensters en deuren.

Het poortgebouw omvat naast hogerbeschreven inrijpoort nog een melkhuis of voormalige stal.

Tegenover het woonhuis (noorden) bevindt zich de tot woonhuis omgebouwde, voormalige stal; het lage gedeelte middenin de vleugel schijnt een aanpassing van circa 1860. Dit gebouw is nog voorzien van zijn oorspronkelijk, kalkstenen deuren.

Dwarsschuur achteraan het erf, voorzien van een korfboogvormige, bakstenen poort, waarschijnlijk een aanpassing van 1859.