Samenstel van één breedhuis (nummer 31-33) van zeven traveeën en twee bouwlagen onder schilddak (Vlaamse pannen), gedateerd "1798", zie cartouche, en rechts een breedhuis (nok parallel aan de Groenerei) van drie/vier + één travee en twee lagere bouwlagen onder schilddak (leien). Vermoedelijk oudere kern zie achtergevels: verankerde, bakstenen tuitgevels met vlechtingen. In 1922 wordt het oorspronkelijke dubbelhuis volgens bouwvergunning gesplitst in drie woningen naar ontwerp van architect U. D'Helft (Brugge): toevoegen twee deuren in plaats van centrale rondboogdeur die wordt verplaatst naar de zesde travee: ook aanbrengen van oeils-de-boeuf. In 1923, toevoegen van rondboogdeur in zijvleugel.
Hoofdvleugel. Classicistische, bepleisterde en beschilderde lijstgevel met middenrisaliet onder gebogen pseudo-fronton bekroond door een uitgewerkte (neo?-)jaarcartouche: stilistisch sluiten ordonnantie en weliswaar sobere rococo-ornamentatie eerder aan bij het derde kwart van de 18de eeuw. Typerende gevelindeling met afwisselend horizontaliserende kordons en verdiepte penanten. In derde en vijfde travee, schouderboogdeur van 1922 in geprofileerde, natuurstenen omlijsting met sluitsteen naar model uit de tweede helft van de 18de eeuw. Licht getoogde vensters op begane grond en rechthoekige op de bovenverdieping. Middenvenster van risaliet geaccentueerd door balkon op nog rococogetinte consoles en met sierlijk, smeedijzeren hek. Vier eenvoudige en twee rococogetinte dakkapellen. Voetenschraper.
Zijvleugel (Groenerei nummer 16) met soortgelijke gevelritmering doch later rechts verstoord door garage. Centrale rondboogpoort, oorspronkelijk in de middentravee van de voorgevel en hier ingebracht in 1923; geprofileerde omlijsting afgeboord door een vlakke van arduin onder een druiplijst op neorocailleconsoles; fraaie vleugeldeur met sierlijk gedecoreerd kalf en panelen.
Garagevleugel aan Groenerei onder mansardedak (Vlaamse pannen). Bakstenen korfboogpoort uit het tweede tot derde kwart van de 18de eeuw tussen twee horizontaal gelede hoekpilasters, afkomstig van de binnenplaats van het pand aan de Predikherenstraat, hierheen overgebracht in 1923.
- Dienst Monumentenzorg en Stadsvernieuwing Brugge, Nota, 22 augustus 1991.
- Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nr. 548/1922, nr. 17/1923.
- DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 309, 114.