Enkelhuis van vier traveeën en twee en een halve bouwlaag onder schilddak (nok loodrecht op het plein; leien en Vlaamse pannen), mogelijk met oudere kern. Laatclassicistische, bepleisterde en grijs beschilderde lijstgevel van 1830. In 1955, vervangen van de oorspronkelijke rechthoekige deur en een venster door een neoclassicistisch getinte rondboogpoort in geprofileerde omlijsting. Sobere ordonnantie enkel gemarkeerd door Franse voegen van de begane grond, de doorgetrokken lekdrempels van de rechthoekige vensters van de tweede bouwlaag en het entablement onder de kroonlijst op klossen. Behouden persiennes voor de rechthoekige benedenvensters en oorspronkelijk houtwerk.
Interieur. Salon met koepelversiering en twee marmeren schouwen onder meer één voluteschouw. Vanaf bovenverdieping, empiregetinte Engelse trap met trappaal opgevat als kandelaberzuil.
Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nr. 53/1830.
DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 431.
Bron: GILTÉ S., VANWALLEGHEM A. & VAN VLAENDEREN P. 2004: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Middeleeuwse stadsuitbreiding, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nb Zuid, Brussel - Turnhout. Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje; Van Vlaenderen, Patricia Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)