Enkelhuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder half schilddak (nok parallel aan de straat) en achterhuis met monumentale reigevel, oorspronkelijk één geheel met reivleugel zie Gouden-Handstraat nummer 4. In 1855 wordt de afsluitingsmuur van het achterhuis vervangen door een koetshuis naar ontwerp van architect Isidore Alleweireldt (Brugge): vier traveeën onder schilddak, rechts twee rondboogingangen en links een poortje dat toegang verleent tot een voormalig en overwelfd waterstraatje. 1903: verbouwen van de drie traveeën zie huidige toestand en toevoeging van een gekanteelde muur doch zonder middentrapjes.
Bakstenen lijstgevel met rechthoekige vensters in doorlopende segmentboognissen. Rechts poortrisaliet onder een gekanteelde bekroning met getrapte middentop en gevelsteen met ruiterfiguur; rondboogpoort met stervormige, ijzeren roedeverdeling in de waaier van het bovenlicht; bolvormige schampstenen. Op de binnenplaats staan nog drie oude waterputten.
Achterhuis op de begane grond met het voorhuis verbonden door een wintertuin uitziend op de binnenplaats. Breedhuis van vijf traveeën, souterrain en twee bouwlagen onder schilddak (Vlaamse pannen), oudere kern. Tot 1855 telde de drie rechter traveeën slechts één bouwlaag. Splitsing en verbouwing van Gouden-Handstraat nummer 4 en 6 in 1855 naar ontwerp van architect I. Alleweireldt: mogelijk dan toevoegen van tweede bouwlaag en wijzigen van vensters zie huidige toestand. In 1899, plaatsen dievenkorven voor de keldervensters, aanbrengen van de erker met aansluitend balkon en deurvenster en toevoegen van dakkapellen. Verankerde bakstenen lijstgevel afgezoomd door kroonlijst op houten klossen; twee dakkapellen bekroond met driehoekig fronton. Vensters uit de 19de eeuw, sommige met later glas in lood; bewaard houtwerk. Houten erker met afgeronde hoeken en op consoles.
Interieur. In het achterhuis, 19de-eeuws interieur met bewaarde indeling, bouwonderdelen en details schrijnwerk en onder meer spanjoletten, benen deurkrukken. De brede gang leidt naar de centrale trapzaal onder glazen koepel: monumentale bordestrap op vierkante plattegrond waarvan eerste steektrap volledig van rode marmer, in de trapleuning ingewerkt slangmotief in de trappalen van de begane grond en de bovenverdieping, versierde bronzen spijlen. Souterrain, kamer aan de rei: vensters met houten zitbanken en binnenluikjes, fraaie granitovloer, voorts bewaarde moerbalken met sleutelstukken als restant van middeleeuwse kelder; tweede kamer met rondboognis van voormalige doorgang naar kelder van Gouden-Handstraat nummer 4. Op de bovenverdieping, kamers aan de rei: plafonds met lijstwerk en rozet en marmeren schouwen, onder meer in empirestijl.
- Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg West-Vlaanderen, Verslag bouwhistorisch onderzoek door D. Van Eenhooge, 20 juni 2002.
- Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nummers 117 en 177/1855, nummer 113/1899, nummer 70/1903.