Samenstel van: enerzijds een breedhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (leipannen) met neoclassicistische gevel van 1900 naar ontwerp van architect Etienne Timmery (Brugge), waarschijnlijk opgetrokken ter vervanging van koetshuis van 1865 en anderzijds het vroegere nummer 6, nu een diephuis van één travee en twee bouwlagen met gevel van 1990 naar ontwerp van architect Erik Van Biervliet (Brugge); op de binnenplaats onder meer een voormalig pakhuis uit het vierde kwart van de 17de eeuw en achterhuis uit de 17de eeuw. Sedert 1988 één eigendom met nummer 4. Vóór de verbouwing van 1990 bestond nummer 5 uit vier traveeën, nummer 6 was een bakstenen lijstgevel van vier traveeën en twee bouwlagen met oudere kern, zie moefen in de gemene muur. Ingrijpende "Kunstige Herstelling" van 1990 naar ontwerp van architect E. Van Biervliet: enkel bewaren van de neoclassicistische gevel + toevoegen van identieke vijfde rechter travee waardoor wordt overgeschakeld op symmetrisch dubbelhuistype, plaatsen van breed dakvenster.
Bepleisterde en beigebeschilderde lijstgevel op arduinen plint. Middelste travee sterk benadrukt door korfboogpoort met bewaard houtwerk en op de bovenverdieping door de massieve erker op zware consoles; interpretatie van een portiektravee met ingeschreven korfboogvenster tussen gegroefde pilasters en een uitgewerkt hoofdgestel; buikig ijzeren balkon. Gevel horizontaal gelijnd door middel van kordons, kordonvormende lekdrempels, doorlopende banden, spiegels op de borstweringen, geprofileerde druiplijsten van de vensters, hoofdgestel met kroonlijst, modillons en tandlijst. Rechthoekige vensters met T-ramen hebben bepleisterde omlijsting met oren, flankerende vensters van de erker onder de kroonlijst versierd met cirkelvormige motieven.
Achteraan voormalig pakhuis van twee bouwlagen onder zadeldak (nokrichting loodrecht op de straat, Vlaamse pannen) uitziend op een binnenplaats: verankerde bakstenen tuitgevel met vlechtingen uit de 17de eeuw, drie traveeën. Rechthoekige vensters met afgeschuinde dagkanten, op de bovenverdieping ontlastingsbogen. Op de begane grond links spitsboognis met afgeschuinde dagkanten. Van de linker zijgevel zijn enkel de korfboogdeur en de bovenvensters met bolkozijnen oorspronkelijk. De achtergevel is tuitgevel met vlechtingen.
Interieur. Bewaarde balklagen, dakconstructie met schaar- en nokgebinten, telmerken.
Eveneens uitziend op de binnenplaats, achterhuis van twee bouwlagen onder zadeldak (nok parallel aan de straat) dat gedeeltelijk achter nummer 4 loopt. Verankerde bakstenen trapgevel uit de 17de eeuw; drie traveeën met op de begane grond een versneden steunbeer. Rechthoekige vensters in de bovenbouw met afgeschuinde dagkanten, topvenster omgeven door drie ronde oculi.
Interieur. Bewaarde balklagen, dakconstructie met schaar- en nokgebinten, telmerken.
- Dienst Infrastructuur en Ruimtelijke Ordening Brugge, Bouwvergunningen, nummer 1877/1988, nummer 1399/1990.
- Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nummer 133/1865, nummer 155/1900.
- CONSTANDT L. (ed.), Behoedzaam omgaan. Monumentenzorg in Brugge, 1988-1993, 1994, p. 142.
- ESTHER J., Arthur Vandendorpe, restaureren, renoveren, Brugge, 1994, p. 78-80.