Voormalige 16de-17de-eeuwse hoeve van het langgestrekte type; oudste kern met opkamer aan de tuinzijde. Het woonhuis was ondergebracht in het rechter deel, van links naar rechts bestaande uit een vleugel (nok parallel aan de straat) van vier traveeën en één bouwlaag met verspringende nok en een diephuis van één travee en twee bouwlagen; links daarvan waren de stallingen met een centrale 19de-eeuwse inrijpoort onder lessenaarsdak, het geheel afgedekt met pannen zadeldaken. In 1973, inrichten als burelencomplex naar ontwerp van architecten L. en P. Viérin (Brugge), daartoe wordt het bestaande volume ingrijpend verbouwd en wordt, palend aan de achterzijde en dwars op het hoofdgebouw, een nieuwe L-vormige vleugel opgetrokken.
Gevels van de voormalige boerderij: verankerde bakstenen lijst- en puntgevel, geelbeschilderd op zwarte plint. Licht getoogde vensters met grote roeden en beluikt, op de begane grond van de puntgevel onder ontlastingsboogjes van de oudere opening en op de bovenverdieping met afgeschuinde dagkanten. Voorts blinde korfboogdeur en daarboven dakvenster met rechthoekige opening in korfboognis, afgeschuinde dagkanten. In de zijgevel een korfboogdeur eveneens met afgeschuinde dagkanten. De achtergevel heeft rechts een klein bovenvenster bekroond met een op uitkraging steunende accoladeboog en een topvenster in rondboognis, afgeschuinde dagkanten. Het venster van de opkamer is uitgewerkt als zandstenen bolkozijn.
Links voormalige stalling afgescheiden door een brandmuur met aandak. Twee korfboognissen met in 1973 aangebrachte rechthoekige vensteropeningen en houten latei en twee blinde korfboogdeuren, afgeschuinde dagkanten, rechthoekige poort van 1973. Blinde muur met steunberen aan de tuinkant.
Interieur. In de huidige gang staan twee deuren met afgeschuinde dagkanten haaks op mekaar: rechts een korfboogdeur met toegang tot de voormalige woonkamer en links een rondboogingang met eenvoudig bakstenen maaswerk in het boogveld. Oorspronkelijke elementen van voormalige woon- en opkamer, laatst genoemde boven een kelder met tongewelf en plavuizen vloer, bleef grotendeels bewaard; onder meer twee laatgotische zandstenen schouwen met mijter, geprofileerde zijwangen en in de opkamer roosjes in de haardbalk, moer- en kinderbalken met sleutelstukken op zandstenen consoles, vloer met blauwstenen tegels in de woonkamer.
- Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg West-Vlaanderen, Cel Monumenten en Landschappen, archief, dossier DW000298.
- Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nummer 653/1973.
- DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 335.