Diephuis van drie/twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (Vlaamse pannen), gevel volgens L. Devliegher gedateerd 17.7 of 17.9. Latere aanpassingen van muuropeningen, zie de muurbanden ter hoogte van de bovendorpels en de vroegere onderdorpels. In 1845 plaatsen van lekdrempels. Witbeschilderde bakstenen trapgevel (8 treden + topstuk) met een grijsbeschilderde en bepleisterde plint. Alle rechthoekige muuropeningen - met uitzondering van de deur - met bewaarde afgeschuinde dagkanten, oorspronkelijk voorzien van een tussenstijl. Bovenvensters onder ontlastingsbogen met aanzet- en sluitstenen. Hoog zoldervenster met uitgewerkte aanzet- en sluitsteen onder steigergat.
DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 205.
Bron: GILTÉ S., VANWALLEGHEM A. & VAN VLAENDEREN P. 2004: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Middeleeuwse stadsuitbreiding, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nb Noord, Brussel - Turnhout. Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje; Van Vlaenderen, Patricia Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)