Vrijstaande, middeleeuwse stadspoort, gesitueerd ten westen van Buiten Kruisvest en met variërende bestemmingen in de loop der tijden. Gebouwd als stadspoort, later ingericht als conciërgewoning en museum voor oorlogsgeschiedenis (tot circa 1988). Er zijn nu plannen om het jongerenproject van Open Monumentendag hier definitief te huisvesten.
Geleidelijk aan tot stand gekomen: 1297: aanleg van tweede stadsomwalling. 1302-1304: bouwen van de eerste Kruispoort. 1305: opgelegde sloop van de poort ten gevolge van de conflicten met Frankrijk en de nederlaag van 1305. 1328: uitvoering van het bevel van 1305 en afbraak van de poort. 1366-1367: uitvoering van werken aan de Kruispoort naar aanleiding van de gewijzigde politieke verhoudingen waarbij de stad werd aangespoord om een verdedigingsgordel aan te leggen. 1401-1406: bouw van het poortcomplex bestaande uit een hoofdgebouw, twee bruggen, acht torens en een voorpoort. De poort verkreeg aldus haar bekend silhouet dat in1562 door Marcus Gerards werd opgetekend. 1578: uitvoering van aanpassingswerken. In de loop van de 16de tot 17de eeuw: slopen van de bovenbouw naar aanleiding van moderniseringswerken. Circa 1760: afbraak van de voorpoort. 1969-1972: restauratiewerken met groot respect voor de bestaande getuigen en met een discrete reconstructie van sommige onderdelen. 2001-2002: consoliderende restauratie naar ontwerp van ontwerpbureau Stad Brugge.
Verankerde baksteenbouw onder leien daken. Eenvoudige plattegrond van twee ronde torens die rechthoekig middendeel met doorgang flankeren. Rechthoekige bovenvensters: kruiskozijnen gevat in rondboognissen voorzien van driepassen; centrale nis met soortgelijk maaswerk en hangend kruisbeeld. Gevel bekroond door een op consoles uitkragende borstwering. Traptorens onder geknikte tentdaken voorzien van schiet- en steigergaten. Centrale spitsboogdoorgang met spitsbogig tongewelf, een kruisribgewelf rustend op gebeeldhouwde kraagstenen en een tongewelf. Sporen van afsluitingsmechanismen zie een balksluif, een sponning, duimen en ogen voor poorten. Aan Ringvaartzijde: twee massieve torens verbonden door een mezenkooi voorzien van schiet- en werpgaten. Naast centrale doorgang spoor van ingang voorzien van een kleine loopbrug.
Interieur. Begane grond. Rechthoekige ruimte overkluisd met twee kruisribgewelven. Middenin de linker muur staat een haard die gedeeltelijk is bekleed met zogenaamde Delftse tegels. Ronde verdedigingstoren afgedekt met vijfdelig gewelf. Natuurstenen spiltrap leidend naar de grote driebeukige zaal op de bovenverdieping. Iedere beuk overkluisd door twee kruisribgewelven rustend op gesculpteerde consoles, soms versierd met engeltjes met een banderol. Ronde verdedigingstorens overkluisd met vijfledig gewelf en zitbankjes voor de poortwachters.
- Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg West-Vlaanderen, Cel Monumenten en Landschappen, archief, dossier DW00243.
- Dienst Infrastructuur en Ruimtelijke Ordening Brugge, Bouwvergunningen, nummer 3927/2001.
- BEERNAERT B., Open Monumentendag Vlaanderen. 17de-eeuwse architectuur in de binnenstad, Brugge, 1993, p. 38-40.
- CONSTANDT L. (ed.), Brugge, Herwonnen schoonheid, Tien jaar monumentenzorg te Brugge, Tielt, 1975, p. 80-87.