erfgoedobject

Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw

bouwkundig element
ID
83677
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/83677

Juridische gevolgen

Beschrijving

Gelegen binnen de voormalige vestingen, in het meest zuidelijk stadsgedeelte in nabijheid van de vroegere zuidelijke stadspoort; tussen huidige Marktplein, Hendrik Geeraertplein, Onze-Lieve-Vrouwestraat en Willem Deroolaan; laatstgenoemde volgt het vestingtracé. Reconstructie (circa 1922) van in oorsprong gotische hallenkerk met neogotische toren naast het noordelijke transept, omgeven door omhaagde grasperken afgezoomd met linden; natuurstenen zuil met verweerde inscriptie, vermoedelijk afkomstig uit de voormalige 15de-eeuwse kerk, ten zuiden van het huidig kerkgebouw.

Gekasseide kerkpaden ten westen en ten zuiden; westelijke kerktoegang via Onze-Lieve-Vrouwestraat.

1165 : oprichting van een kapel met altaar onder patronaat van de Veurnse Sint-Niklaasabdij. Oorspronkelijk kleine romaanse kerk met kruisingstoren, waarvan koor in het eerste kwart van de 14de eeuw vervangen door driebeukig hallenkoor met vlakke sluiting.

15de eeuw: vervanging van het romaanse schip door hallenkerk.

16de eeuw: toevoeging van een zuidelijke zijbeuk en vierde koor met vijfzijdige sluiting ter hoogte van het zuidelijk transept; beide in 1834 gesloopt.

In het tweede kwart van de 17de eeuw, bouw van een renaissancetoren ten zuidoosten van de kerk, waarvan alleen de vierzijdige onderbouw tot stand kwam; ontwerp soms toegeschreven aan Wenceslas Cobergher; bekroond in 1735 met lage achthoekige bovenbouw waarop open torenhelm.

Na verwoesting tijdens de Eerste Wereldoorlog, wederopbouw van de gotische kerk circa 1922 naar oorspronkelijke plannen, uitgezonderd de 17de-eeuwse toren, onder leiding van architect J. Viérin (Brugge), zie inscriptie van kruisingspijler.

1946 : herstellingswerken onder leiding van vermelde architect na brand van 1940 waarbij daken en houten gewelven instortten. 1952 : bouw van de huidige neogotische toren ten noorden van het noordelijk transept naar ontwerp van de architecten J. en L. Viérin (Brugge), zie gevelsteen.

De plattegrond ontvouwt: een driebeukig schip van zes traveeën, een noordelijk portaal ter hoogte van de tweede noordelijke zijbeuktravee, een doopkapel van een korte rechte travee met driezijdige sluiting, ter hoogte van de vierde noordelijke zijbeuktravee, een transept uitspringend met een travee, drie hallekoren met hoofdkoor en twee zijkoren van respectievelijk vier en drie rechte traveeën met vlakke sluiting, een noordelijke en een zuidelijke sacristie. Noordelijke toren laag verbonden met noordelijke transeptgevel, echter voorts vrijstaand. Baksteenbouw; sporen van herbruikte oudere bakstenen. Verwerking van natuursteen voor de sokkel van de oostelijke puntgevel van het hoofdkoor, het boogveld van het westportaal, de deklijsten van borstweringen en van puntgevel van het noordportaal; voor gesculpteerde gedeelten als omlopende waterlijst, kraagstenen, niskoppen en venstertraceringen. Zadeldaken (leien); houten dakkapel links en rechts van transept.

Drie westelijke puntgevels met aandak en topstuk, gestut door middel van hoeksteunberen met drievoudige versnijding. Ten noorden en zuiden, veelzijdig hoektorentje boven keellijst met koolbladmotief en kraagstenen met hoofdje; spitsbogige casementen met drielob op iedere torenzijde; bakstenen spitsbekroning met hogels en kruisbloem. Spitsbogige tweelichten met (neo)laatgotisch traceerwerk, druiplijst en afzaat met doorgetrokken lekdrempel. Centraal westportaal : twee gekoppelde korfboogdeuren verdiept in geprofileerde korfboogomlijsting onder gebogen druiplijst met gestrekte uiteinden; drielob in het boogveld; middenstijl met halfzuiltje waarop Onze-Lieve-Vrouwebeeld onder geprofileerd baldakijn.

Zijbeuken en koren. Steunberen met drie versnijdingen en bekronend pinakel. Gesloten borstwering op natuurstenen keellijst met koolbladmotief. Spitsbogige twee- en drielichten in zijbeuken en transeptarmen. Tweede noordelijke zijbeuktravee: portaal uitspringend met een travee, onder zadeldak (leien). Puntgevel met natuurstenen deklijst, gestut door middel van op elkaar gestelde, lage hoeksteunberen uitlopend op hoektorentje als bij westelijke puntgevels. Gedrukt spitsbogig portaal met geprofileerde natuurstenen archivolt op neuten. Erboven, spitsboogvenstertje. Portaalnis met kruisribgewelf. Zelfde deuren als westportaal. Ter hoogte van vierde noordelijke zijbeuktravee : doopkapel met driezijdige sluiting, steunberen, spitsbogige tweelichten. Transeptarmen met blinde borstwering boven fries van overkragende spitsboogjes (natuursteen) met driepasmotief (baksteen). Analoge transeptpuntgevels als westgevels. Zuidelijke transeptgevel : korfboogportaaltje met geprofileerd beloop en druiplijst.

Lantaarntoren onder ingesnoerde spitsbekroning (leien), op de kruising.

Zijkoren. Per travee gekoppelde spitsboogvensters met geprofileerd beloop op gesculpteerde imposten; gebogen druiplijsten samenkomend op kraagsteen met hoofdje. Analoge oostgevels als westelijke en transeptpuntgevels. Noordelijke sacristie onder plat dak. L-vormige zuidelijke sacristie onder gebogen zadeldak (leien), verbonden met zuidgevel van hoofdkoor. Aansluitende bouwtrant, zie onder meer keellijst met koolbladmotief onder de gesloten borstwering van de noordelijke sacristie. Grotendeels vrijstaande neogotische noordtoren : variante op het typisch torenschema van de kuststreek, voornamelijk door de uitzonderlijke plaats. Vierkante bakstenen toren met vier geledingen. Op elkaar gestelde hoeksteunberen met drie versnijdingen; traptoren in oksel van oostgevel met linker hoeksteunbeer. Noordelijke korfboogdeur ingeschreven in geprofileerde spitsboogomlijsting met druiplijst; driepasmotief (baksteen) en Onze-Lieve-Vrouwebeeld in het boogveld. Tweede en derde register. Vier gekoppelde spitsbogige casementen op doorgetrokken afzaat; twee middelste casementen respectievelijk opengewerkt door middel van spitsbogige en kleinere getoogde vensters. Gekoppelde spitsbogige galmgaten onder oculus, verdiept in geprofileerde spitsboogomlijsting. Gesloten borstwering; vier achtzijdige hoektorentjes onder bakstenen spitsbekroning met hogels en kruisbloem. Achthoekige bakstenen naaldspits met dakkapelletjes en hogels.

Interieur: Spitsboogvormige scheibogen op natuurstenen zuilen met achtzijdige sokkel en koolbladkapiteel. Bakstenen kruisingspijlers met natuurstenen sokkel en koolbladkapiteel; zuidelijke kruisingspijler met ingewerkt traptorentje. Betonnen spitsbooggewelven en dito dwarsbalken bekleed met eikenhout.

Mobilair : Schilderijen. Zuidelijke zijbeuk: "De slag van Nieuwpoort", door L. Moritz (Amsterdam), van 1820. Noordelijke zijbeuk : "Oordeel van Cambyses", door V. Boucquet van Veurne (1627-1677), van 1671; fragment van "Kruisoprichting", toegeschreven aan G. Seghers (1598-1659); “Brooduitreiking door de beheerders van het Nieuwpoortse Sint-Janshospitaal en hun echtgenoten”, door Pieter Van Lint, van 1655. Noordelijk transept : "Geseling van Christus", Vlaamse School, uit het eerste kwart van de 17de eeuw; "Jezus en Sint-Jan in gezelschap van de Heilige Anna en Onze-Lieve-Vrouw", uit de 17de eeuw. Voorts, neogotische mobilair onder meer houten preekstoel van 1961, vervaardigd in het Brugse atelier Dewispelaere naar het model van de in 1940 vernielde preekstoel van P. Hinderyckx (Brugge), die een kopie was van de tijdens de eerste wereldoorlog verbrande preekstoel van Jacob de Hoosche (Diksmuide) van circa 1515. Deze laat-gotische preekstoel werd gebeeldhouwd naar het model van de preekstoel uit de Sint-Maartenskathedraal te Ieper; laatst genoemde werd verkocht in 1803 en bevindt zich heden te Winnezele (Frans-Vlaanderen).

  • Algemeen Rijksarchief Brussel, inventaris 622, nummer 627.
  • Stadsarchief Nieuwpoort, reeks 861.31 : 802.5/6; reeks 861.57 : 802.5; nummer 571.3 en 802.1.
  • [DENORME] C.D., De oude preekstoel van Nieuwpoort in Biekorf, XLIX, 1948, p. 20-21.
  • DEVLIEGHER L., Beeld van het kunstbezit. Inleiding tot een inventarisatie (Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, I) 1, Tielt-Den Haag, 1965, p. 94.
  • DEVLIEGHER L., De opkomst van de kerkelijke gotische bouwkunst in West-Vlaanderen gedurende de XIIIde eeuw, II in Bulletin van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, VII, 1956, p. 26-27.
  • Onze-Lieve-Vrouwekerk Nieuwpoort. Gids bij een kerkbezoek, gestencilleerde nota, voorlopige uitgave, s.l., s.a.
  • Tentoonstellingscatalogus, Stille getuigen 1914-1918, kunst en geestesleven in de frontstreek, Brugge, 1964, p. 160-161.

Bron: DELEPIERE A.-M. & LION M. met medewerking van HUYS M. 1982: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Veurne, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 8n, Brussel - Gent.
Auteurs: Delepiere, Anne Marie; Lion, Mimi
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Aanvullende informatie

Wereldoorlogerfgoed

Boven de crypte bevindt zich een spitsboogvormig schilderij van Onze-Lieve-Vrouw tegen een oorlogslandschap, uitgevoerd door W. Vanbillemont naar Rich. Cayman (gesigneerd). In de rechtermuur van de crypte zijn twee maal drie witmarmeren gedenkplaten in verband met de Eerste Wereldoorlog verwerkt. Ze herinneren aan het 3de Bataljon van het 2de Regiment Franse Marinefuseliers.

  • BOGAERT N. & DECOODT H. 2005: Gedenkplaten Franse Marinefuseliers in crypte O.L.V.-kerk (Nieuwpoort – WOI) [online], https://id.erfgoed.net/teksten/392908 (geraadpleegd op 25 juli 2022).
Auteurs: Marchand, Sofie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Orgel

In het begin van de 16de eeuw beschikte de kerk over twee orgels; bekende namen van orgelmakers zijn aan te treffen in de kerkrekeningen. De orgelkast die aanwezig was net vóór de vernieling in WO I droeg het jaartal 1643; over deze tijdspanne zijn echter geen archivalia bewaard. Vanaf de tweede helft van de 17de eeuw zijn we op de hoogte van ingrepen door verschillende orgelmakers: J. en G. van Belle (2de helft 17de eeuw), J. de Gruytters (kleine reparaties, 1733), H. Pescheur (herstelling, 1734), de gebroeders De Rijckere (1743-45), A.-J. Berger (1753-54). Tussen 1770 en 1787 werd het orgel gerenoveerd door P. en L.-B. van Peteghem. Voor de 19de eeuw zijn geen gegevens voorhanden. Het orgel ging verloren in WO I. In 1927 werd een nieuw orgel geleverd door J. Anneessens; dit ging verloren in de brand van 1940. Het huidig orgel is van Jos. Loncke en Zonen uit 1966.

Auteurs: Roose, Patrick
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Relaties


Waarnemingen


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/83677 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.