Pastorie in traditionele bak- en zandsteenbouw uit het derde kwart van de 18de eeuw met pastorietuin van 65 are, met typische tweeledige structuur en vijvertje.
Naast de in 1880 gebouwde neogotische kerk, aan de rand van het kerkhof, ligt de pastorie, een dubbelhuis met twee bouwlagen in traditionele bak- en zandsteenbouw uit het derde kwart van de 17de eeuw. De muurankers van de voorgevel geven het jaar 1754 als bouwjaar op. In de middentravee bevindt zich een eenvoudige steekboogdeur met stijlen voorzien van geprofileerde neuten en imposten. Mogelijk werd de bovenverdieping en dakkap later toegevoegd, terwijl de boven- en onderdorpels van de rechthoekige vensters van de benedenverdieping later vervangen werden.
De pastorietuin ligt ten zuiden van het gebouw. Hij beslaat twee percelen, met name het rechthoekige 403, aan drie zijden omgrensd door een 10 tot 15 meter brede strook die perceel 404 vormt. Aan de oostzijde vormt dit strookperceel een brede, lager gelegen lob, waarin zich momenteel een vijvertje bevindt. Deze configuratie doet sterk denken aan een ringgracht, maar op de Ferrariskaart (1771-1778) is er van grachten niets te bekennen.
De tweeledige structuur die door de oude kadastrale indeling wordt weergegeven, is nog op het terrein herkenbaar: het vlakke, rechthoekige perceel 403 – volgens de oudste legger "hof" en 21,5 are groot – tegenover het strook-en-lob-perceel 404 – "bouwland", vanaf 1885 geregistreerd als "boomgaard". De (maximaal 100 jaar) oude aanplantingen bestaan uit: naast de zuidgevel van de pastorie een Hollandse linde (Tilia x europaea) met 293 centimeter stamomtrek; een met essen (Fraxinus excelsior) en Hollandse linden afgezoomde, halfronde uitstulping van het vlakke gedeelte in de helling naar het vijvertje, misschien een relict van een prieel of belvedèreheuveltje; een oude taxus die waarschijnlijk deel heeft uitgemaakt van een prieel, aan de rand van het rechthoekige perceel, tegenover de tuingevel van de pastorie.
Vermeldenswaardig en bijzonder aantrekkelijk, op weg naar de pastorie langs de kerk en door het kerkhof heen, is het pad tussen leilinden, in feite een looftunnel want de bomen zijn ook dwars met elkaar verbonden. Deze aanplanting gebeurde rond 1970.
Deze tekst is een samenvoeging van de teksten:
- DENEEF R. 2004: Historische tuinen en parken van Vlaanderen. Inventaris Vlaams-Brabant. Bierbeek, Boutersem, Glabbeek en Oud-Heverlee, M&L-cahier 9, Brussel.
- GENICOT L.F., VAN AERSCHOT S., DE CROMBRUGGHE A., SANSEN H. & VANHOVE J. 1971: Inventaris van het cultuurbezit in Vlaanderen, Architectuur, Provincie Brabant, Arrondissement Leuven, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 1, Luik, 185.