Tussen 1814 en 1834 nam landbouwer Emmanuel Baeten achter zijn woning (nummer 24) een rosmolen voor het pellen van zaden in gebruik, volgens kadastergegevens van 1834 een paardenoliemolen. In 1834 liet hij een oliewindmolen bouwen op het achterliggende perceel, gesloopt na de Eerste Wereldoorlog. In 1850 werd aan Joannes Franciscus Baeten vergund een stoommachine te plaatsen. De installatie ervan door E. Van den Kerchove uit Gent ging wellicht gepaard met de oprichting van nieuwe bedrijfsgebouwen achter de woning ter vervanging van de vroegere paardenoliemolen. Plannen van het uitgebreide bedrijf van 1864. Volgens kadastergegevens werd vergroting van de olieslagerij genoteerd in 1858 en 1876. Oprichting van een tweede kollergang door de weduwe van Joannes Franciscus Baeten, J.E. Baeten-Van Heymbeeck in 1890. Nieuwe bedrijfsgebouwen opgericht door Achiel Baeten in 1905 (zie gevelsteen met opschrift). Grotendeels door brand vernielde olieslagerij in 1947, gevolgd door wederopbouw van moderne olieraffinaderij Baeten.
Bewaarde deels ingebouwde vierkante fabrieksschoorsteen van 25 meter hoog met in baksteenkoppen het opschrift "IF B/ 1850". Voorts nog restanten van een ouder bakstenen bedrijfsgebouw van 1905 met hardstenen gedenksteen voorzien van opschrift "Ach. Baeten/ Haentjens/ 1905". Geïncorporeerde bakstenen wanden met gedichte industriële vensters en van vroegere stallen en remise met bogen op pilasters, verhoogd met jonger bakstenen metselwerk.
Tot de huidige bedrijfsgebouwen van de olieraffinaderij Baeten behoren nu ook de rechts ernaast gelegen gebouwen van de voormalige zuivelfabriek Sint-Blasius. Teruggaand op de in 1900 in gebruik genomen melkerij Sint-Blasius van de in 1899 opgerichte cooperatieve "samenwerkende stoommelkerij St. Blasius Overmere". De stoominstallatie leverde tevens elektriciteit in de dorpskern. Na de Tweede Wereldoorlog gemoderniseerd tot zuivelfabriek Sint-Blasius en daartoe verbouwd en vergroot volgens plannen van 1949 en van 1955 tot een modern bedrijfsgebouw met verspringende volumes onder platte daken. Sluiting van de zuivelfabriek in 1991. Nu deels gewijzigd en van nieuwe gevelbekleding voorzien.
Gemeentearchief Berlare, Overmere, 874.1, Bouwvergunningen 1950 en vroegere jaren.
Overmere ons dorp, Overmere, 1992, p. 138-139,148-149.
DE BLOCK D., De laatste molens van Overmere, Heemkundige Kring Overmere, III, 1, 1985, p. 20.
DE BLOCK D., Van melkerij naar zuivelfabriek, Heemkundige Kring Overmere, IV, 2, 1986, p. 44-55.
DE WILDE I., Zele – Berlare, Open Monumentendag zondag 14 september 1997.
DE WILDE E.I., Olieslagerij Baeten, Heemkundige Kring Overmere, XV, 3, 1997, p. 86-123.
Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Olieslagerij Baeten en melkerij Sint-Blasius [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/83844 (geraadpleegd op ).